DERMAL DUCT TUMOR (ECCRINE POROMA, HIDROACANTHOMA SIMPLEX) home ICD10: D23.9

Een dermal duct tumor is eigenlijk het zelfde als een eccrien poroma, maar dan in de dermis gelegen. Klinisch is het een huidkleurige dermale nodus. Histologisch is het een proliferatie van zweetklier afvoergang cellen. Het eccrien poroma behoort tot de benigne adnextumoren. Er bestaat ook een apocrien poroma.

Tumortjes uitgaande van de afvoergang van eccriene zweetklieren worden onderverdeeld in:
- intraepidermaal eccrien poroma (hidroacanthoma simplex)
- dermaal eccrien poroma (dermal duct tumor)
- hidradenoma (uitgaande van het meest distale deel van de afvoergang van eccriene zweetklieren)

In de definitie van de dermal duct tumor is opgenomen dat de laesie in de dermis ligt en geen verbinding heeft met de epidermis. Bij het bestuderen van meerdere doorsnijdingen wordt toch vaak een verbinding gevonden en de huidige opvatting is dat eccrien poroom en dermal duct tumor één entiteit zijn. Zie verder onder eccrien poroma.

Eccrien poroma Eccrien poroma Eccrien poroma
eccrien poroma eccrien poroma eccrien poroma

Eccrien poroma Eccrien poroma Eccrien poroma
eccrien poroma eccrien poroma eccrien poroma


PA:
Omschreven tumor in de dermis opgebouwd uit basaloide of poroide cytokeratine 14 positieve cellen (basale keratinocyten uit de zweetklierafvoergang) met daartussen grotere cellen met bleek cytoplasma, CK1 en CK10 positief (ductale origine). Omgeven door gedilateerde capillairen. Een groot biopt, liefst excisie van de gehele laesie, maakt het makkelijker voor de patholoog om de goede diagnose te stellen en een maligne variant (porocarcinoma, zeer zeldzaam) uit te sluiten.

Histologie dermal duct tumor
ingescande coupe (zoom)


Therapie:
Excisie, krap. Altijd insturen voor PA. De meeste laesies zitten palmair, verdoven is pijnlijk op deze locatie en sluiten van de wond is een probleem.
Eén case report beschrijft succes van Aldara (imiquimod 5% crème) voor een oppervlakkige variant in het gelaat, niet herhaald in andere studies.


Referenties
1. Langbein L, Cribier B, Schirmacher P. New concepts on the histiogenesis of eccrine neoplasia from keratin expression in the normal eccrine gland, syringoma and poroma. Br J Derm 2008;159:633-645.
2. Battistella M, Langbein L, Peltre B, Cribier B. From hidroacanthoma simplex to poroid hidradenoma: clinicopathologic and immunohistochemical study of poroid neoplasms and reappraisal of their histiogenesis. Am J Dermatopathol 2010;32:459-468.
3. Sawaya JL, Khachemoune A. Poroma: a review of eccrine, apocrine, and malignant forms. Int J Dermatol 2014;52:1053-1061.
4. Jo JH, Chin HW, Kim MB. A case of eccrine poroma treated with 5% imiquimod cream. J Dermatol 2005;32:691-693.


Auteur(s):
dr. Jan R. Mekkes. Dermatoloog, Amsterdam UMC.

31-05-2023 (JRM) - www.huidziekten.nl W3C-html-4.01-valid



Diagnosecodes:
ICD10 D23.9 Overige benigne neoplasma van huid, niet gespecificeerd: dermal duct tumor
ICD10 D23.9 Other benign neoplasms of skin, unspecified: dermal duct tumor
SNOMED 254718006 Eccrine dermal duct tumor of skin
DBC 3 Benigne tumoren