TYROSINEMIE home ICD10: E70.2

Tyrosinemie (tyrosinemia) is een autosomaal recessief erfelijke stofwisselingsziekte waarbij het aminozuur tyrosine niet goed wordt afgebroken. Hierdoor hopen afbraakproducten en voorlopers zich op met schadelijke gevolgen. Er wordt bij de hielprik gescreend op tyrosinemie.

Er worden 3 vormen van tyrosinaemie onderscheiden, afhankelijk van de enzymen die deficiënt zijn of niet werkzaam. Tyrosinemie type 1 komt het meest voor (circa 1 op 250.000), begint meestal binnen een paar maanden na de geboorte en veroorzaakt groeistoornissen, diarree, overgeven, icterus, bloedingen, lever- en nier-functie stoornissen. Bij tyrosinemie type 2 zijn er huidafwijkingen (hyperkeratose voetzolen en handpalmen), lichtovergevoeligheid en tranende en pijnlijke ogen. Tyrosinemie type 3 is erg zeldzaam en kan neurologische klachten (convulsies, coördinatie- en evenwichts-stoornissen) en verstandelijke beperkingen veroorzaken. De behandeling bestaat uit speciale diëten. Voor type I is een nieuw geneesmiddel beschikbaar (nitisinone).

Tyrosinemia type 1
Tyrosinemia type 1 wordt veroorzaakt door een mutatie in het FAH gen (15q23-q25) dat codeert voor fumarylacetoacetate hydrolase. De afbraakproducten fumaryl-acetoacetaat en maleyl-acetoacetaat hopen zich op en veroorzaken schade aan de lever en de nieren. Er ontstaat ook een ophoping van succinyl-aceton, succinyl-acetoacetaat en delta-aminolevulinate (δ-ALA), dit verstoort de porphobilinogeen synthese en veroorzaakt porphyrie.
De klachten kunnen al in de eerste maanden of in het eerste jaar ontstaan maar ook pas later. Acute klachten kunnen zijn leverfalen met hepatomegalie, bloedingen en ascites. Soms hypoglycemie, sepsis, nierafwijkingen, acute intermitterende porphyrie, hypertensie, tachycardie. Verhoogd risico op cirrhose en hepatocellular carcinoma op latere leeftijd.
Labdiagnostiek: verhoogde waarden succinyl-aceton, tyrosine, fenylalanine, methionine, δ-ALA in urine, α-foetoproteïne. Leverfunctiestoornissen, stollingsstoornissen, hypoalbuminemie. Ook is DNA diagnostiek mogelijk (DNA-diagnostiek UMCU).
De behandelig bestaat uit Orfadin (nitison) 2 dd 1 mg/kg in combinatie met een eiwit beperkt dieet dat zo min mogelijk fenylalanine en tyrosine bevat. Soms kan een levertransplantatie nodig zijn. 

Tyrosinemia type 2
Tyrosinemia type 2 wordt veroorzaakt door een mutatie in het TAT gen (16q22.1) dat codeert voor tyrosine aminotransferase (TAT). Tyrosine hoopt zich op, er ontstaan deposities van tyrosine kristallen en een inflammatoire reactie daarop in de huid en in de ogen. De diagnose kan worden gesteld op verhoogde tyrosine waarden in bloed en urine. Ook afbraakproducten kunnen worden gedetecteeerd (4-hydroxyfenylpyruvaat, 4-hydroxyfenyllactaat, 4-hydroxyfenylacetaat, N-acetyltyrosine).
Tyrosinemia type 2 is zeldzaam, er zijn circa 150 gevallen beschreven, vooral rond de Middellandse Zee komt het voor. Bij 80% komen huidafwijkingen voor (palmoplantaire hyperkeratose, pijnlijke en progressieve hyperkeratotische papels en plaques op handpalmen en voetzolen, vaak ook hyperhidrosis). Bij 75% komen afwijkingen aan het centraal zenuwstelsel voor (verstandelijke beperking, gedragsstoornissen, convulsies, nystagmus, tremoren, ataxie). Bij 60% zijn er oogafwijkingen (rode, pijnlijke, tranende ogen, fotofobie, cornea troebeling, pseudodendritic keratitis (DD: herpes keratitis), ulceratie, littekens, neovascularisatie, verminderd zicht).
De behandelig bestaat uit diëten met zo min mogelijk fenylalanine en tyrosine. Hiermee kunnen de huid en oogafwijkingen verbeteren. Voor de huid afwijkingen kunnen retinoïden worden voorgeschreven in ernstige gevallen.

Tyrosinemia type 3
Tyrosinemia type 3 is erg zeldzaam en wordt veroorzaakt door een mutatie in het HPD gen (12q14-qter) dat codeert voor 4-hydroxyphenylpyruvate dioxygenase. De klachten zijn erg variabel, soms geen klachten, soms ataxie en verstandelijke beperkingen. De behandelig bestaat uit diëten met zo min mogelijk fenylalanine en tyrosine.


Auteur(s):
dr. Jan R. Mekkes. Dermatoloog, Amsterdam UMC.

31-05-2023 (JRM) - www.huidziekten.nl W3C-html-4.01-valid



Diagnosecodes:
ICD10 E70.2 Stoornissen van tyrosinemetabolisme: tyrosinemie
ICD10 E70.2 Disorders of tyrosine metabolism: tyrosinemia
SNOMED 190694001 Tyrosinemia
DBC 27 spacer Diagnose niet nader omschreven

ICD10 E70.2 Stoornissen van tyrosinemetabolisme: tyrosinemie type I
ICD10 E70.2 Disorders of tyrosine metabolism: tyrosinemia type I
SNOMED 410056006 Tyrosinemia type I
DBC 27 spacer Diagnose niet nader omschreven

ICD10 E70.2 Stoornissen van tyrosinemetabolisme: tyrosinemie type II (Richner-Hanhart syndroom)
ICD10 E70.2 Disorders of tyrosine metabolism: tyrosinemia type II (Richner-Hanhart syndrome)
SNOMED 4887000 Hypertyrosinaemia, Richner-Hanhart type
DBC 27 spacer Diagnose niet nader omschreven

ICD10 E70.2 Stoornissen van tyrosinemetabolisme: tyrosinemie type III
ICD10 E70.2 Disorders of tyrosine metabolism: tyrosinemia type III
SNOMED 415764005 Tyrosinemia type III
DBC 27 spacer Diagnose niet nader omschreven