Muggen horen tot de groep bijtende insekten en wel tot de stam: arthropoda (=
geleedpotigen), klasse: Insecta, orde: Diptera (= 2-vleugeligen), familie: culicidae
(= steekmuggen), onderfamilie: culicinae, geslachten: Anopheles en Culex. Muggen,
maar ook vlooien (pulicosis) en steekvliegen bijten niet echt maar steken met
een soort stylet gedoopt in speeksel met als doel bloed als voedsel uit de gastheer
te halen (in tegenstelling tot de Hymenoptera die steken om zichzelf tegen mensen
te beschermen). De larven van de echte steekmuggen (de Culicidae, muskieten)
ontwikkelen zich in stilstaand zoet of brak water: vijvers zonder vissen, regentonnen,
vennen, moerassen, sloten. De muggen komen vervolgens uit de pop en al snel
komt het tot paren, de mannetjesmuggen zoemen daarbij om de vrouwtjes te lokken.
Na de paring gaan de mannetjesmuggen dood. Alleen het vrouwtje valt de mens
aan, vooral tegen de avond. Kenmerkende eigenschap van de groep steekmuggen
(Culicidae) is dat ze bijten op blootgestelde delen en niet onder kleding. De
vrouwtjesmug zuigt een bloedvat aan maar prikt er niet direkt in waardoor een
clustertje urticariële bulten rondom de insteekopening ontstaat, veroorzaakt
door vasodilaterende stoffen. Deze bloedmaaltijd is nodig voor ontwikkeling
van de eitjes in de ovaria, zodat weer eitjes in het water gelegd kunnen worden.
De naam steekmug past dus eigenlijk alleen op de wijfjes. Volwassen wijfjes
van sommige soorten kunnen overwinteren op beschutte plaatsen.
'Muggebeten'
zonder muggen treden op van juli tot begin oktober, op klei- en leemgronden
in ons land: er is hier geen sprake van muggebeten maar van
trombidiose door
de steken van de larven van de oogstmijt (herfstmijt = grasluis). Deze larven
zitten in kluitjes op het uiteinde van grassprietjes, springen over op de mens,
verspreiden zich over de huid en zuigen weefselvocht op, vooral op plaatsen
waar de kleding strak zit. Bij ongeveer 20% van de mensen ontwikkelt zich een
prurigo-beeld met ernstige jeuk. Door krabben verwijder je direct de mijten,
wat de diagnose bemoeilijkt.
Soorten muggenEr zijn
meer dan 600 soorten muggen. Er zijn er echter maar een paar soorten die steken
en dan nog alleen maar de vrouwtjesmuggen. De bekendste Nederlandse kwelgeest
is de ringpootmug, Culiseta annulata (hetzelfde als de Theobaldia annulata,
een grote mug met witgeringde poten), maar ook vertegenwoordigers van het geslacht
huismug (Culex pepiens), malariamug (Anopheles (het Griekse anoophelès betekend
schadelijk), malaria in Nederland tot 1958) en de bos- en weidemug (Aedes nemorosus
(het Griekse aèdès betekend onaangenaam), zeer hinderlijk en steekt ook overdag)
maken het de huid van de recreant en de huisbewoner aardig lastig. De meeste
soorten kunnen bovendien in kruipruimtes overwinteren, zodat men zelfs 's winters
muggenbulten kan oplopen. Het Knijsje (Simuliidae) en de Kriebelmug (= Ceratopogonidae
= knijten = knutjes): zeer kleine, 1-4 mm grote, bloedzuigende mugjes; kampeerders
in Schotse merengebieden, Flevoland, gaan door horregaas heen, veroorzaken kriebelige
jeuk die binnen een etmaal overgaat. Kriebelmugjes steken 's avonds of 's nachts,
de larven leven in vuil water. Knijsjes steken juist overdag en leven alleen
in schoon water; naarmate oppervlaktewater schoner wordt, zullen we dan ook
meer last krijgen van knijsjes. De knijsjes kruipen ook onder kleding. Soms
zie je in een wijk een aantal mensen met ernstig jeukende bultjes (prurigo)
waarvan de oorzaak niet herkend wordt: knijsjes. De mugjes lijken te springen
bij opstijgen en landen, waardoor ze verward worden met (vliegende) vlooien.
Mannelijke wintermuggen vormen ijle zwermen dicht boven de grond, in het winterseizoen.
De larven leven van plantaardig materiaal. "Zwarte vliegen" zijn ook muggen
en wel Bibionidae. De larven leven van plantafval, maar soms ook wortels van
jonge boompjes. De zandmug (Phlebotomus papatasii) is de vector voor Leishmaniasis.
De motmug (Psychodidae) is een familie van kleine mugjes die door beharing van
lichaam en vleugels veel aan kleine motjes doen denken. Hun larven leven in
vuil water. Onschadelijk voor mensen zijn Paddestoelmuggen en Dansmuggen: ze
vormen vaak reusachtige zwermen van mannetjesmuggen vooral bij boomgroepen en
huizen.
Klachten:De steek van een mug is zelf symptoomloos
en wordt vaak niet opgemerkt. De hierop volgende reactie hangt af van de graad
van gevoeligheid voor allergene polypeptiden in het speeksel van de mug: lokale
pijnlijkheid, een jeukende kwaddel, een blaar tot verspreid over het lichaam
heftig jeukende papuleuze urticaria. De reaktie kan enkele dagen aanhouden.
De combinatie van vrij scherp begrensde grote lokale warme erythemateuze en
oedemateuze reacties en koorts binnen enkele uren na de muggesteek wordt "Skeeter
Syndrome" genoemd1 en kan verward worden met erysipelas. Systemische reakties
worden slechts uiterst zelden veroorzaakt door stekende insekten. Multiple steken
van muggen en muskieten kan een enkele dagen durende eruptie veroorzaken van
gegeneraliseerde papels, lymfadenitis, koorts en leukocytose. Specifieke diagnostiek
is door het ontbreken van een commercieel preparaat van de allergenen in het
speeksel van het betreffende insekt niet mogelijk.
Therapie:
Lokale reactie: natte compressen, topicale corticosteroïden, orale antihistaminica,
lokale anti-mug producten (drogisterij artikelen).
Preventieve
maatregelen:Deet (di-ethyl toluamide) en citronella-olie zijn de
in Nederland gebruikelijke insektenwerende middelen of repellents. Deet (di-ethyl
toluamide) is met name in een concentratie groter dan 75% effectief tegen muggen,
vlooien en teken maar niet tegen stekende insekten (bijen, wespen). Het wordt
gebruikt als grondstof in vele produkten (bv Autan). Het werkt alleen op opbrengplaats
en dient elke 2 (tot 6) uur opgebracht. Deet kan gecombineerd worden met een
polymeer waardoor het produkt beter op het huidoppervlak blijft zitten. De werking
van deze middelen is vaak bescheiden, terwijl Deet bij veelvuldig en intensief
gebruik gekoppeld is aan ernstige aandoeningen van het centraal zenuwstelsel;
daarbij wordt het ook via de moedermelk uitgescheiden. Zowel citronella-olie
als Deet kunnen chromosoomafwijkingen geven, het risico hierop is vooralsnog
onbekend 75 tot 150 mg thiamine hydrochloride dagelijks gedurende de zomermaanden,
of permethrine op de kleding. elektrische antimuggenstekers. De apparaten die
bio-allethrin of d-allethrin bevatten zijn door het College voor de Toelating
van Bestrijdingsmiddelen verboden (verdenking op neurotoxiciteit), wel toegestaan
zijn die met citronella-olie. Ultrasoon geluid "Rook" Horren en klamboe's, nauw
sluitende kleding. Voorzie vijvers van padden, salamanders en vissen (mn. stekelbaarsjes
eten muggenlarven, goudvissen en andere karpersoorten niet). Voeg aan stilstaand
water in kruipruimtes wat slaolie toe: de larven stikken dan. Overigens zorgt
milieuvervuiling voor minder muggen, de larven van de uiterst venijnig stekende
mugjes van de familie Simuliidae dienen zelfs als indicator voor schoon water!
Auteur(s):dr. M.M.H. Meinardi. Dermatoloog,
Maurits kliniek, Den Haag.