BIJEN EN WESPEN STEKEN |
 |
INLEIDING Al sinds de oudheid
zijn allergische reacties op bijen- en
wespensteken bekend. Zo duiden de hiërogliefen
van de graftombe van Farao Menes van Egypte op
het overlijden van deze koning als gevolg van
een insectensteek. Ook nu overlijden er nog
steeds mensen na een bijen- of wespensteek.
Tijdens een steek laat het insect gif achter in
de huid van het slachtoffer. Bij
niet-allergische personen ontstaat rond de
steekplaats een bultje dat rood wordt en hevig
kan jeuken. Dit bultje is meestal na een paar
dagen verdwenen.
DE
ALLERGISCHE REACTIE Een klein deel
van de bevolking reageert uitzonderlijk heftig
op een bijen- of wespensteek. Zo'n heftige
reactie duidt meestal op een allergie voor
bijen- en wespengif. Een dergelijke reactie kan
pas ontstaan als de persoon al eens eerder in
aanraking is geweest met het insectengif. Bij de
eerste steek (die niet zelden wordt vergeten)
zal een patiënt meestal niet fel reageren, al
kan de allergie dan wel volledig worden
opgebouwd. Hierdoor kunnen er bij de
eerstvolgende steek al levensgevaarlijke
situaties ontstaan. Dit kan zich uiten in rode
bultjes over het gehele lichaam -ook op de
handpalmen en voetzolen- die gepaard gaan met
hevige jeuk. Daarnaast kunnen onder andere de
ogen en lippen opzwellen. Indien er zwellingen
in het halsgebied (vaak niet zichtbaar)
optreden, kan de patiënt moeilijk spreken en
slikken en wordt hees en kan de ademhaling
worden belemmerd. Ook kan de ademhaling
problemen geven ten gevolge van een vernauwing
van de luchtwegen in de longen zoals bij astma
het geval is. Dit uit zich in kortademigheid,
piepen en een drukkend gevoel op de borst. Bij
een aantal patiënten is ook het maag-darmkanaal
betrokken bij de reactie en kunnen
misselijkheid, braken, diarree, buikkrampen en
het laten lopen van ontlasting voorkomen. Soms
wordt ook de urine spontaan geloosd. In het
ergste geval kan de bloeddruk sterk dalen en
kunnen er hartritmestoornissen ontstaan, soms
gevolgd door bewustzijnsverlies. Meestal treden
deze reacties binnen een kwartier na een steek
op.
NOODBEHANDELING VAN
ERNSTIGE REACTIES OP EEN INSECTENSTEEK
Een patiënt die één van de hierboven
beschreven verschijnselen vertoont, dient zo
spoedig mogelijk naar de dichtstbijzijnde arts
te gaan. Deze arts kan een noodbehandeling
uitvoeren die uit één of meer injecties bestaat.
Zelfs ziekenhuisopname behoort tot de
mogelijkheden. Daarna zal de patiënt contact
moeten opnemen met zijn huisarts. Deze zal
wellicht een noodset voorschrijven zodat de
patiënt zichzelf bij een volgende insectensteek
een noodbehandeling kan toedienen.
De
noodset bestaat onder meer uit een automatische
injectiespuit die bij toepassing tegen het
dijbeen wordt gedrukt waardoor de naald er
vanzelf uitspringt en de injectievloeistof
afgeeft. Gelukkig is er nu een behandeling die
patiënten vrijwel volledig beschermt tegen
reacties na een insectensteek, de zogeheten
hyposensibilisatiekuur. De huisarts zal de
patiënt hiervoor doorverwijzen naar een
specialist. Dit is meestal een allergoloog, een
huidarts, een internist, een kinderarts, een
keel-, neus- en oorarts of een longarts.
VASTSTELLING VAN DE INSECTENGIFALLERGIE
De specialist zal door middel van een
gesprek, huidtest en een bloedproef een allergie
voor insectengif vaststellen en de behandeling
starten. Bij de huidtest worden kleine
hoeveelheden gezuiverd bijen- en wespengif in
oplopende concentraties met een klein naaldje in
de huid gebracht. Uit de reactie van de huid kan
de specialist ook aflezen voor welk soort gif er
een overgevoeligheid bestaat. De soortbepaling
van het insect kan eveneens geschieden door
middel van analyse van het bloedmonster. Een
aantal patiënten heeft een duidelijk verhoogde
kans op het ontwikkelen van levensbedreigende
reacties na een insectensteek. Bij deze
patiënten zal de specialist een behandeling
voorstellen waarbij de klachten na een
insectensteek meestal worden teruggebracht tot
die van een niet-allergisch persoon. Zo'n
behandeling heet een hyposensibilisatiekuur.
BEHANDELING VAN ALLERGIE DOOR
HYPOSENSIBILISATIE De beste
methode om een patiënt succesvol te behandelen
voor een bijen- of wespengifallergie is de
hyposensibilisatiekuur. Hiermee wordt de patiënt
blijvend ongevoelig gemaakt voor het
insectengif. De injectiekuur bestaat uit een
instelfase en een onderhoudsfase. Gedurende de
instelfase dient de behandelend specialist aan
de patiënt oplopende concentraties gezuiverd
insectengif toe. De hoogste dosis die wordt
bereikt komt overeen met de hoeveelheid gif die
noodzakelijk is voor een afdoende bescherming
tegen een toekomstige insectensteek. De fase die
volgt op de instelfase heet de onderhoudsfase.
In deze fase krijgt de patiënt om de 4 à 6 weken
de hoogste dosis ingespoten. Al bij het begin
van de onderhoudsfase is de patiënt volledig
beschermd tegen het gif en hoeft hij de
levensreddende injectiespuit niet meer bij zich
te dragen. Tot op dit moment kan de patiënt zich
extra beschermen met de hieronder genoemde
voorzorgsmaatregelen.
VERMIJDEN VAN INSECTEN/VOORKOMEN VAN
INSECTENSTEKEN Het is belangrijk
dat patiënten met een bijen- of
wespengifallergie deze insecten zoveel mogelijk
vermijden en voorkomen dat zij worden gestoken.
Onderstaande maatregelen kunnen hierbij helpen:
Kom bij voorkeur niet in de buurt van
bloeiende bloemen of overrijp (afgevallen) fruit
en wees voorzichtig bij het plukken van fruit of
bloemen.
Laat tijdens het eten in de
vrije natuur (picknick) geen zoetigheden of
vlees(resten) rondslingeren en gebruik een
insectenwerende crème of spray voordat u gaat
eten.
Vermijd vuilnisbakken en
afvalemmers.
Vermijd plaatsen in de
vrije natuur waar dieren worden gevoerd,
aangezien rondslingerende voedselresten bijen en
wespen aantrekken.
Verplaats geen dikke
oude takken of boomstronken aangezien wespen
daar hun nest kunnen hebben.
Voorzichtigheid is geboden bij het werken in de
tuin en tijdens het fietsen! Bedek het lichaam
zoveel mogelijk (bijvoorbeeld door middel van
een hoed, handschoenen, een bloes met lange
mouwen en lange broek).
Vermijd het
gebruik van parfum, haarspray, sterk
geparfumeerde zeep, zonnebrandcrème, aftershave
of lichaamsverzorgende sprays.
Draag bij
voorkeur nauwsluitende kleding en vermijd zwarte
stoffen en kleurige bloempatronen. Witte, groene
en lichtbruine stoffen verdienen de voorkeur.
Let er met name tijdens het sporten en
spelen in de vrije natuur op dat
transpiratievocht stekende insecten aantrekt.
Loop buiten nooit op blote voeten. Bijen
houden namelijk van klaver en veel wespen leven
in de grond. Draag ook geen open schoenen.
Vermijd snelle bewegingen. Als er een bij of
wesp in de buurt is, sla dan niet overhaast naar
het insect.
Houd de ramen van uw
slaapkamer overdag goed gesloten of breng een
hor aan.
Laat insectennesten verwijderen
door een beroepsverdelger.
Wordt u
ondanks alle voorzorgsmaatregelen toch gestoken,
verwijder de angel dan zo snel mogelijk
aangezien er zelfs zonder het insect (met name
in het geval van bijen) gif uit het gifzakje
wordt "gepompt". Kras de angel met uw nagel of
met een mesje weg. Trek de angel niet tussen
twee vingers uit de huid omdat het gifzakje dan
verder wordt leeggeknepen.
Neem te allen
tijde uw noodset mee indien u nog niet wordt
behandeld met een hyposensibilisatiekuur of een
onderhoudsdosis nog niet is bereikt. Informeer
uw collega's, familie en vrienden over uw
insectengifallergie en laat de automatische
injectiespuit zien. Leg hen uit hoe deze in
geval van nood wordt toegepast. Indien u
gestoken wordt, kunt u in eerste instantie
afwachten aangezien er niet altijd een reactie
plaatsvindt (dit gebeurt in ongeveer de helft
van de gevallen). Houd uw noodset bij de hand en
houd uw lichaam zo koel mogelijk, bijvoorbeeld
door de schaduw op te zoeken. Reacties die zich
rond de steekplaats op de huid voordoen zijn
niet belangrijk, maar reacties die elders in het
lichaam optreden wel. In dit laatste geval dient
u zeer oplettend te zijn. Als u het gevoel heeft
uw bewustzijn te verliezen of niet (goed) te
kunnen ademhalen of wanneer u twijfelt dat het
goed zal gaan, dan dient u snel de automatische
injectiespuit toe te passen. Hierna dient u
altijd zo spoedig mogelijk een arts te
raadplegen zodat een definitieve medische
behandeling kan worden ingezet.
|