HAART (highly active anti-retroviral therapy) is een
verzamelnaam voor combinatieschema's van
antiretrovirale middelen.
Een voorbeeld is de combinatie van twee reverse transcriptase remmers (de nucleoside
analogen zidovudine en lamivudine) en een proteaseremmer. Tegenwoordig wordt
de term
cART gebruikt (combinatie-antiretrovirale-therapie).
Meerdere combinatieschema's zijn mogelijk en de richtlijnen worden voortdurend
aangepast. Voor replicatie van het HIV virus is omzetting van RNA naar DNA m.b.v.
reverse transcriptase essentieel. Nucleoside analogen (lamivudine, abacavir,
zidovudine, emtricitabine, tenofovirdisoproxil) worden door dit enzym ingebouwd
in het DNA, waarna verdere replicatie stopt. Niet-nucleosiden (efavirenz, nevirapine,
doravirine, etravirine, rilpivirine) binden direct aan reverse transcriptase
en blokkeren het enzym. Proteaseremmers (atazanavir, darunavir, fosamprenavir,
ritonavir, saquinavir) hechten zich aan een protease dat de aanvankelijk lange
HIV-eiwitketens knipt in kortere moleculen die uiteindelijk het HIV virus vormen.
Bron
figuur en verdere informatie:
HIV Vereniging Nederland.
Reverse transcriptaseremmers: nucleoside & nucleotide
analogen: |
stofnaam: |
lamivudine |
abacavir |
zidovudine |
zidovudine + lamivudine |
emtricitabine |
tenofovirdisoproxil |
abacavir + lamivudine + zidovudine
|
|
merknaam: |
Epivir, Zeffix |
Ziagen |
Retrovir |
Combivir |
Emtriva |
Viread |
Trizivir |
|
Reverse transcriptaseremmers: niet-nucleosiden: |
stofnaam: |
efavirenz |
nevirapine
|
doravirine |
etravirine |
rilpivirine |
|
merknaam: |
Stocrin |
Viramune |
Pifeltro |
Intelence |
Edurant, Rekambys |
|
Integraseremmers: |
stofnaam: |
bictegravir |
dolutegravir |
|
merknaam: |
Biktarvy (combinatie) |
Tivicaye |
|
Proteaseremmers: |
stofnaam: |
atazanavir |
darunavir |
fosamprenavir |
ritonavir |
saquinavir |
|
merknaam: |
Reyatas |
Prezista |
Telzir |
Norvir |
Invirase |
|
Eerste keus in de behandeling van therapie-naïeve volwassen patiënten
met een HIV-1-infectie is meestal een tripeltherapie. Deze bestaat uit twee
nucleoside reverse-transcriptaseremmers (NRTI’s) in combinatie met een derde
actief antiretroviraal middel uit een van de volgende drie klassen: bij voorkeur
een integraseremmer (INSTI) met een hoge barrière tot resistentie (bictegravir
of dolutegravir), en in specifieke situaties met een non-nucleoside reverse-transcriptaseremmer
(NNRTI), of een proteaseremmer (PI) met een farmacokinetische booster (cobicistat
of ritonavir). Bij de meeste personen met HIV is ook een behandelregime bestaande
uit twee middelen mogelijk, meestal dolutegravir/lamivudine (een INSTI met één
NRTI), na uitsluiting van enkele exclusiecriteria. De keuze voor een combinatie
van antiretrovirale middelen is afhankelijk van diverse factoren, en dient te
worden gemaakt op geleide van het resistentieprofiel.
Biktarvy |
Bictegravir/emtricitabine/tenofoviralafenamide |
Triumeq |
Dolutegravir/abacavir/lamivudine |
diversen |
Emtricitabine/tenofovirdisoproxil/efavirenz |
Delstrigo |
Doravirine/lamivudine/tenofovirdisoproxil |
Odefsey |
Emtricitabine/tenofoviralafenamide/rilpivirine |
Eviplera |
Emtricitabine/tenofovirdisoproxil/rilpivirine |
Symtuza |
Darunavir/cobicistat/emtricitabine/tenofoviralafenamide |
Genvoya |
Emtricitabine/tenofoviralafenamide/elvitegravir/cobicistat |
Stribild |
Emtricitabine/tenofovirdisoproxil/elvitegravir/cobicistat |
Dovato |
Dolutegravir/lamivudine |
Bij het starten van cART kunnen AIDS gerelateerde huidziekten zoals
infecties en Kaposi sarcoom spontaan verdwijnen. Er kunnen ook geneesmiddelenreacties
optreden waaronder toxicodermie, SJS en TEN. Soms ontstaan huidreacties door
het herstel van de immuniteit. Seborroisch eczeem of psoriasis bijvoorbeeld,
ook atopisch eczeem, sarcoïdose, vitiligo, en contactallergieën. Maar ook reacties
op micro-organismen die opeens weer herkend worden door het immuunsysteem. Dit
wordt
Immune Reconstitution Disease (IRD) of
Immune Restoration Inflammatory Syndrome (IRIS) genoemd.
IRIS ontstaat bij 10-25% van de AIDS patiënten die met HAART beginnen, meestal
binnen de eerste 3 maanden. Het gaat vaak vanzelf weer over. Cutane manifestaties
van IRD/IRIS moeten wel behandeld worden.
Auteur(s):
dr. Jan R. Mekkes. Dermatoloog, Amsterdam UMC.