Het zeldzame
agressief CD8-positief epidermotroop cutaan T-cel lymfoom
(< 1% van alle
cutane lymfomen) wordt in de WHO-EORTC classificatie ingedeeld in de groep
primair cutaan perifereer T-cellymfoom, niet nader omschreven. Agressief CD8+
CTCL kan zich in het begin presenteren als een solitaire ulceratie, of enkele
ulceraties, soms met een opgeworpen rand en nog zonder tumorvorming. Dit kan
klinisch lijken op
pyoderma gangrenosum. Bij patiënten
met
pyoderma gangrenosum moet
cutaan T-cel lymfoom, met name dit agressieve CD8+ type dus altijd in de DD
staan en ook specifiek genoemd worden aan de patholoog zodat kleuringen en monoclonaliteits
onderzoek worden gedaan om de atypische T-cellen te kunnen herkennen in het
uitgebreide ontstekingsinfiltraat. Dit lymfoom verspreidt zich snel naar de
rest van de huid en naar lymfklieren en organen en is moeilijk te behandelen.
Ook met snelle herkenning en start van systemische chemotherapie is de prognose
slecht. Vanwege de zeldzaamheid is het nog niet goed uitgezocht wat de beste
behandeling is. CD8+ agressief CTCL is voor het eerst beschreven door Berti
et al in 1999, sindsdien zijn circa 60 gevallen beschreven in de literatuur.
Het komt vooral op volwassen leeftijd voor, met een voorkeur voor mannen. Klinisch
ziet men snel progressieve gedissemineerde papels, plaques, noduli en tumoren,
vaak met ulceratie, necrose, of crustae. Het kan overal voorkomen, ook in de
mondholte, maar er is een voorkeur voor de extremiteiten. De patiënten zijn
vaak in een slechte conditie door de vele ulceraties
|
|
|
CD8+ CTCL |
CD8+ CTCL |
CD8+ CTCL |
|
|
|
CD8+ CTCL |
CD8+ CTCL |
CD8+ CTCL |
DD: andere vormen van
primair cutaan perifereer
T-cellymfoom, niet nader omschreven, CD8+ CTCL,
CD30+ primair cutaan anaplastisch
large-cell lymfoma,
lymfomatoide
papulosis, nasaal en extranasaal natural killer/T-cell lymfoma,
subcutaneous
panniculitis-like T-cell lymphoma, cutaneous gamma/delta T-cell lymphoma,
Pagetoïde reticulose (Ketron-Goodman type),
PLEVA,
pyoderma gangrenosum,
ecthyma gangrenosum.
PA:Epidermotroop T-cel infiltraat, CD8+/CD4- in de
basale laag, in een lineair patroon. Tevens nodulaire of diffuse infiltraten
van atypische lymfocyten in de dermis, diep reikend tot in subcutis, soms angio-invasief.
Epidermale acanthose, atrofie, keratinocytnecrose, ulceratie, soms blaarvorming
en destructie van adnexen. Ook andere CTCL waaronder Pagetoïde reticulose kunnen
CD8+ zijn maar die zijn klinisch niet zo agressief. Andere markers die kunnen
worden gevonden (niet altijd) zijn CD3, CD45RA, bF-1, T-cell intracellular antigen-1
en ki-67 (proliferatie marker). CD30 en CD45RO zijn meestal negatief. De monoclonaliteit
kan worden aangetoond met TRC receptor gen rearrangement.
Diagnostiek:
Biopt (voldoende groot stuk met duidelijke vraagstelling), en snelle verwijzing
naar de hematoloog voor verdere diagnostiek (bloedonderzoek, beenmergpunctie,
afbeeldend inderzoek) en overname van de behandeling.
Therapie:
R/ Chemotherapie met combinaties waarin doxorubicine is opgenomen zoals CHOP
(cyclofosfamide, hydroxydoxorubicine, Oncovin, prednison) of hyper-CVAD (hyper-cyclofosfamide,
vincristine, Adriamycin (doxorubicin), dexamethason), alternerende cycli van
A (hyperfractionated cyclofosfamide, vincristine, doxorubicine, dexamethason)
en B (hoge dosis methotrexaat en cytarabine). MACOP-B (methotrexaat, Adriamycin,
cyclofosfamide, Oncovin, prednison, bleomycine).
R/ Gemcitabine.
R/ Total
skin electron beam therapie.
R/ Bexarotene.
R/ Allogene of autologe stamceltransplantatie.
Referenties
1. |
Berti E, Tomasini D, Vermeer MH, Meijer CJ,
Alessi E, Willemze R. Primary cutaneous CD8-positive epidermotropic
cytotoxic T-cell lymphomas: a distinct clinicopathological entity
with an aggressive clinical behavior. Am J Pathol 1999;155:483-492. |
2. |
Wang Y, Li T, Tu P, Wu LS, Zhu XJ. Primary
cutaneous aggressive epidermotropic CD8+ cytotoxic T-cell lymphoma
clinically simulating pyoderma gangrenosum. Clin Exp Dermatol 2009;34:261-262. |
3. |
Diwan H, Evan D. CD8-positive mycosis fungoides
and primary cutaneous aggressive epidermotropic CD8-positive cytotoxic
T-cell lymphoma. J Cutan Pathol 2009;36:390-392. |
4. |
Nofal A, Abdel-Mawla MY, Assaf M, Salah E.
Primary cutaneous aggressive epidermotropic CD8+ T-cell lymphoma:
proposed diagnostic criteria and therapeutic evaluation. J Am Acad
Dermatol 2012;67(4):748-759. |
5. |
Webber NK, Harwood C, Goldsmith P, Cerio
R, Wells P, Kazmi M, et al. Aggressive epidermotropic cutaneous
CD8+ (Berti’s) lymphoma. Clin Exp Dermatol 2010;35:e210-212. |
6. |
Gormley RH, Hess SD, Anand D, Junkins-Hopkins
J, Rook AH, Kim EJ. Primary cutaneous aggressive epidermotropic
CD8+ T-cell lymphoma. J Am Acad Dermatol 2010;62:300-307. |
7. |
Kimby E. Management of advanced-stage peripheral
T-cell lymphomas. Curr Hematol Malig Rep 2007;2:242-248. |
Auteur(s):dr. Jan R. Mekkes. Dermatoloog, Amsterdam
UMC.