Chronische discoïde lupus erythematosus (CDLE) komt
vaak voor op het behaarde hoofd, de hoofdhuid is één van de voorkeurslokalisaties
van
CDLE. Bij circa 30-50%
van de CDLE patiënten zijn er plekken op het behaarde hoofd. CDLE veroorzaakt
een
cicatriciële alopecia, met irreversibel
haarverlies. De haarzakjes worden door het ontstekingsproces vernietigd.
Klinisch beeld:Rond-ovale tot grillige erythemato(papulo)squameuze
plaques, centraal atrofie en hypo- of depigmentaties met follikelverlies en
teleangiëctasieën. De schilfers kunnen met een pincet worden losgetrokken en
tonen dan aan de onderkant folliculaire plugjes. Aan de randen bij nog actieve
ontsteking induratie en erytheem. Bij donkere huid kan naast depigmentatie ook
hyperpigmentatie ontstaan. CDLE komt vaak voor bij donkere huid. Tufts (meer
dan vijf haren uit één follikelostium) komen bij CDLE niet vaak voor.
![CDLE van het behaarde hoofd (klik op foto voor vergroting) [bron: www.huidziekten.nl] CDLE van het behaarde hoofd](../../../afbeeldingen/CDLE-behaarde-hoofd-1z.jpg) |
![CDLE van het behaarde hoofd (klik op foto voor vergroting) [bron: www.huidziekten.nl] CDLE van het behaarde hoofd](../../../afbeeldingen/CDLE-behaarde-hoofd-2z.jpg) |
![CDLE van het behaarde hoofd (klik op foto voor vergroting) [bron: www.huidziekten.nl] CDLE van het behaarde hoofd](../../../afbeeldingen/CDLE-behaarde-hoofd-3z.jpg) |
CDLE hoofdhuid |
CDLE hoofdhuid |
CDLE hoofdhuid |
![CDLE van het behaarde hoofd (klik op foto voor vergroting) [bron: www.huidziekten.nl] CDLE van het behaarde hoofd](../../../afbeeldingen/CDLE-behaarde-hoofd-4z.jpg) |
![CDLE van het behaarde hoofd (klik op foto voor vergroting) [bron: www.huidziekten.nl] CDLE van het behaarde hoofd](../../../afbeeldingen/CDLE-behaarde-hoofd-5z.jpg) |
![CDLE van het behaarde hoofd (klik op foto voor vergroting) [bron: www.huidziekten.nl] CDLE van het behaarde hoofd](../../../afbeeldingen/CDLE-behaarde-hoofd-6z.jpg) |
CDLE hoofdhuid |
CDLE hoofdhuid |
CDLE hoofdhuid |
PA:Hyper(ortho)keratose, wisselende epidermale
atrofie, folliculaire plugging, vacuolaire (soms celrijk en meer lichenoïd)
grensvlakdermatitis met zowel interfolliculair als ter plaatse van infundibulum
van aangedane follikels apoptotische keratinocyten, oppervlakkig en diep matig
perivasculair en periadnexaal vooral lymfocytair infiltraat, wisselend bijmenging
met plasmacellen. Dermaal mucine in alcian-bluekleuring. Na verloren gaan van
follikels resteren fibrous tracts, net als bij andere vormen van cicatriciële
alopecia.
Therapie: CDLE is fotosensitief, dus bescherm
de hoofdhuid tegen zonverbranding, draag een hoofddeksel, mijdt de felle zon.
R/ Klasse III of IV
corticosteroïd crèmes
of lotions locaal.
R/ Plaquenil (hydroxychloroquin) 200-400 mg per dag. Chloroquine
(100-200 mg per dag) is tweede keus.
R/ Intralesionale corticosteroïden.
R/ Protopic zalf of Elidel crème (calcineurin inhibitors).
R/ Cellcept (mycophenolate
mofetil).
R/ methotrexaat.
Referenties
1. |
Hoekzema R. Cicatriciële alopecie. Klinische
en histologische diagnostiek. Nederlands Tijdschrift voor Dermatologie
en Venereologie 2018;28(3):10-13. |
Auteur(s):dr. Jan R. Mekkes. Dermatoloog, Amsterdam
UMC.