BALANITIS VAN ZOON (balanitis plasmacellularis circumscripta) home ICD10: N48.1

Balanitis plasmacellularis circumscripta (balanitis van Zoon) is een vorm van balanitis die vooral voorkomt bij onbesneden mannen van middelbare of oudere leeftijd. Het beeld is voor het eerst beschreven door de Nederlandse dermatoloog Zoon in 1952. De aandoening bestaat uit één of meerdere scherp begrensde rode persisterende laesies, meestal op de glans. Meestal veroorzaakt het weinig klachten, soms jeuk, branderige sensatie, pijn. Soms erosies met neiging tot bloeden. Het is wel een aandoening die ongerustheid veroorzaakt. Klinisch is het moeilijk te onderscheiden van erytroplasie van Queyrat (m. Bowen v.d. glans penis). Het oppervlak is glanzend en vochtig (terwijl erythroplasie van Queyrat een wat meer fluweelachtig uiterlijk kan hebben en dikker aanvoelt bij palpatie). Ook bij vrouwen bestaat een variant met plasmacellen: vulvitis plasmocellularis circumscripta. Mogelijk kunnen ook op andere mucosa zoals de mondholte soortgelijke beelden veroorzaakt door plasmocellulaire infiltraten voorkomen (zie onder mucous membrane plasmocytosis). Sommigen hanteren de term plasmacytosis circumorificialis of plasmacytosis mucosa om alle varianten en locaties samen te vatten.

De oorzaak is niet geheel opgehelderd, maar omdat het zelden voorkomt bij besneden mannen, en verbetert na een circumcisie, wordt aangenomen dat het wordt veroorzaakt door chronische irritatie van de mucosa door vocht (smetten), urine, overgroei van locale flora (waaronder Mycobacterium smegmatis), en/of onvoldoende hygiëne.

Balanitis van Zoon Balanitis van Zoon Balanitis van Zoon
balanitis van Zoon balanitis van Zoon balanitis van Zoon


PA:
Dunne, vlakke epidermis, vaak zijn de bovenste lagen (stratum corneum, stratum spinosum) afwezig, soms ontbreekt de hele epidermis t.g.v. subepidermale splijting. Keratinocyten zijn vaak afgeplat (diamant of rozenblaadjes vorm) en gescheiden door intracellulair oedeem. In de epidermis zijn soms erytrocyten aanwezig, soms is er keratinocyt necrose. In de oppervlakkige dermis (stratum papillare) bestaat een bandvormig infiltraat bestaande uit extreem veel plasmacellen. Ook varianten met minder plasmacellen komen voor. Voorts gedilateerde capillairen, en soms erytrocytenextravasatie en hemosiderine pigment.

Histologie balanitis plasmocellularis
ingescande coupe (zoom)


DD: erytroplasie van Queyrat (in situ carcinoma, m. Bowen van de penis, PIN), Candida, fixed drug eruption, morbus Reiter, lues II, balanitis nno, lichen planus, herpes, psoriasis inversa, contacteczeem.

Therapie:
De eerste stap is goede hygiëne, goed schoon houden van de glans penis met water en zeep (geen speciale antiseptische zeep nodig), voorhuid goed naar achteren trekken om te voorkomen dat debris, celresten (smegma) en bacteriën achterblijven en irritatie veroorzaken. Circumcisie heeft een gunstig effect en wordt geadviseerd in Europese richtlijnen, maar is wel een erg rigoreuze maatregel en niet de voor de hand liggende eerste stap. Als andere maatregelen niet helpen kan het zeker worden overwogen. Lokale antiseptische crèmes, met name Bactroban (mupirocine) zijn in case series effectief gebleken. In Nederland wordt geprobeerd mupirocine te reserveren voor MRSA bestrijding, daarom eerst fusidine crème proberen. Daarna komen lokale corticosteroïden of tacrolimus zalf, en combinatiepreparaten van steroïd, antibacterieel, antimycotisch. Case reports noemen ook fotodynamische therapie en oppervlakkige laserbehandelingen.

R/ fusidinecrème of zalf 2 dd.
R/ Bactroban (mupirocine 2%) zalf 2 dd.
R/ chloorhexidinecrème 2 dd.
R/ klasse II corticosteroïden, eventueel klasse III.
R/ Protopic (tacrolimus) zalf 0.1%.
R/ combinatie preparaten, bijvoorbeeld triamcinolon 0.1%, miconazol 2% in fucidine crème.
mes Circumcisie in hardnekkige gevallen.


patientenfolder


Referenties
1. Zoon JJ. Chronic benign circumscript balanoposthitis. Dermatologica 1952;105:1-7.
2. Bari O, Cohen PR. Successful Management of Zoon's Balanitis with Topical Mupirocin Ointment: A Case Report and Literature Review of Mupirocin-Responsive Balanitis Circumscripta Plasmacellularis. Dermatol Ther (Heidelb) 2017;7(2):203-210.
3. Lee MA, Cohen PR. Zoon Balanitis Revisited: Report of Balanitis Circumscripta Plasmacellularis Resolving With Topical Mupirocin Ointment Monotherapy. J Drugs Dermatol 2017;16(3):285-287.
4. Kyriakou A, Patsatsi A, Patsialas C, Sotiriadis D. Therapeutic efficacy of topical calcineurin inhibitors in plasma cell balanitis: case series and review of the literature. Dermatology 2014;228(1):18-23.
5. Tang A, David N, Horton LW. Plasma cell balanitis of Zoon: response to Trimovate cream. Int J STD AIDS 2001;12(2):75-78.
6. Torchia D, Cappugi P. Photodynamic therapy for Zoon balanitis. Eur J Dermatol 2014;24(6):707.


Auteur(s):
dr. Jan R. Mekkes. Dermatoloog, Amsterdam UMC.

31-05-2023 (JRM) - www.huidziekten.nl W3C-html-4.01-valid



Diagnosecodes:
ICD10 N48.1 Balanoposthitis: balanitis plasmacellularis (Zoon)
ICD10 N48.1 Balanoposthitis: balanitis circumscripta plasmacellularis
SNOMED 236743008 Balanitis circumscripta plasmacellularis
DBC 13 Inflammatoire dermatosen