Calciphylaxis cutisCalciphylaxis cutis is een zeldzame aandoening
waarbij grillige en zeer pijnlijke ulcera ontstaan door
calciumdeposities in
kleine en medium-size arteriën. De kalkafzettingen kunnen in een huidbiopt
worden gezien in en ook rond de vaten in de dermis en subcutis. Op
röntgenfoto's is vaak uitgebreide verkalking te zien: het complete arteriële
stelsel is verkalkt en zichtbaar, alsof het een contrastfoto was. De huid
die werd voorzien door het afgesloten arterietakje sterft af, hierdoor is de
aandoening zeer pijnlijk. De prognose is slecht en de sterfte is hoog, omdat
er niet alleen huidinfarcten ontstaan maar ook infarcten elders in het
lichaam (hartinfarct, herseninfarct, necrose van de darm na infarct in de a.
mesenterialis). De klassieke calciphylaxis cutis wordt gezien bij patiënten
met (meestal langdurige bestaande)
terminale nierinsufficiëntie en
hyperparathyreoïdie. Vooral bij dialyse patiënten. Het komt ook voor bij
post niertransplantatie patiënten (zelfs met normale nierfunctie) en soms
bij primaire hyperparathyreoïdie, ziekte van Crohn, lymfoom, AIDS, lever
cirrhosis. Waarschijnlijk door schommelingen in de calciumspiegels gaat de
bijschildklier meer parathormon (PTH) produceren. En dit verhoogde PTH jaagt
de calcium in en rond de vaten. Het kan worden uitgelokt door lokale
traumata, hypervitaminose D, calcitriol, corticosteroïden en andere
immunosuppressiva. De diagnose wordt gesteld op het klinisch beeld,
eventuele röntgenfoto's, de anamnese, een biopt, en een verhoogd PTH.
Klinisch beeld:Leeftijd: gem 48 ± 16 jaar; range 6 mnd - 83
jaar;vaker vrouwen (3:1). Bilateraal voorkomende vast aanvoelende zeer
pijnlijke livide kleurige plaques of noduli, soms reticulair patroon (livedo
reticularis beeld). Later huid necrose, soms voorafgegaan door
hemorrhagische bullae, met uiteindelijk diepe hoekige of stervormige ulcera
met necrose. Acrale en distale vormen (vingers, tenen, penis of onder benen
en armen) hebben een beter prognose dan proximale vormen (romp, dijbenen,
billen). Zeldzaam: nek, borst, tong en vulva. Systemische calciphylaxis:
myopathie, hypotensie, koorts, dementie en infarcten CZS, darm of myocard.
Sterfte kans: 60-80%, t.g.v. sepsis, orgaan falen, hartinfarct, darminfarct.
![Calciphylaxis cutis bij nierinsufficiëntie en secundaire hyperparathyreoïdie (klik op foto voor vergroting) [bron: www.huidziekten.nl] Calciphylaxis cutis bij nierinsufficiëntie en secundaire hyperparathyreoïdie](../../../afbeeldingen/calciphylaxis-1z.jpg) |
![Calciphylaxis cutis bij nierinsufficiëntie en secundaire hyperparathyreoïdie (klik op foto voor vergroting) [bron: www.huidziekten.nl] Calciphylaxis cutis bij nierinsufficiëntie en secundaire hyperparathyreoïdie](../../../afbeeldingen/calciphylaxis-2z.jpg) |
![Calciphylaxis cutis bij nierinsufficiëntie en secundaire hyperparathyreoïdie (klik op foto voor vergroting) [bron: www.huidziekten.nl] Calciphylaxis cutis bij nierinsufficiëntie en secundaire hyperparathyreoïdie](../../../afbeeldingen/calciphylaxis-5z.jpg) |
calciphylaxis cutis |
calciphylaxis cutis |
calciphylaxis cutis |
![Calciphylaxis cutis bij nierinsufficiëntie en secundaire hyperparathyreoïdie (klik op foto voor vergroting) [bron: www.huidziekten.nl] Calciphylaxis cutis bij nierinsufficiëntie en secundaire hyperparathyreoïdie](../../../afbeeldingen/calciphylaxis-6z.jpg) |
![Atypical calciphylaxis (klik op foto voor vergroting) [bron: www.huidziekten.nl] Atypical calciphylaxis](../../../afbeeldingen/calciphylaxis-cutis-atypical-3z.jpg) |
![Atypical calciphylaxis (klik op foto voor vergroting) [bron: www.huidziekten.nl] Atypical calciphylaxis](../../../afbeeldingen/calciphylaxis-cutis-atypical-4z.jpg) |
calciphylaxis cutis |
kalkdeposities
vaten |
kalkdeposities
vaten |
DD:
atherosclerose nno,
arteriële occlusie nno,
arterieel gangreen,
atypical calciphylaxis cutis,
warfarin-induced calciphylaxis, warfarin-induced skin
necrosis,
huidinfarct bij diabetes, occlusieve vasculopathie door fibrine
trombi, septische trombi,
cryoglobulinen, cholesterol embolie, andere deposities,
hypercoagulabiliteit (
antifosfolipidensyndroom,
proteïne C deficiëntie, proteïne S deficiëntie, andere
stollingsafwijkingen), huidnecrose bij
Streptokokken infectie,
necrotiserende fasciitis, Fournier gangreen, diffuse intravasale
stolling,
vasculitis (
leukocytoclastisch,
PAN,
Henoch-Schonlein),
livedo reticularis, SLE, CREST,
calcinosis cutis, primaire hyperoxalurie met cutane oxalosis,
pyoderma gangrenosum.
Diagnostiek:- biopt. Een
groot en diep (excisie)biopt is cruciaal. Verder op indicatie componenten
uit onderstaande lijst:
- arterieel duplexonderzoek
- zonodig
transcutane O2 druk, angiogram (consult vaatchirurg)
- röntgenfoto van de
omgevende huid (media calcificaties m.n. bij vaatjes met diameter kleiner
dan 0.5 mm)
- ureum, kreatinine, PTH, calcium, fosfaat
- glucose,
cholesterol, triglyceriden
- ALAT, ASAT, AF, GGT
- APTT, PT, proteïne
C, proteïne S, factor V Leiden, lupus anticoagulans, anti-cardiolipine
-
andere oorzaken
hypercoagulabiliteit (factor VIIIc , anti-trombine III, factor 2-related
Antigen (2-R-Ag), homocysteine; overleg met stollingsarts)
- zonodig
onderzoek naar onderliggende aandoeningen waarbij vasculitis optreedt (LE
serologie: ANA cascade; reumaserologie: Latex fixatie test; complement: C1q,
C3, C4 en C1q bindingstest, monoclonale Ig: immunoelektroforese
(M-proteïnen))
- cryoglobulines, cryofibrinogeen
- echo en
scintigrafie hals: hyperplasie bijschildklieren?
- X-wervelkolom, heup,
handen, enkels en voeten (renale osteodystrofie?)
- Botscan
Histologie:Vasculaire afwijkingen: media calcificatie, intima
hyperplasie van kleinere arteriën en arteriolen in dermis en subcutaan vet.
Fibrine trombi in subcutane en oppervlakkige dermale verkalkte vaatjes.
Epidermis: ischemische necrose. Soms ook panniculitis met neutrofielen,
lymfo- en histiocytair infiltraat. Zie ook de
ingescande PA-coupe van de
afdeling pathologie van de University of
Toronto.
![Calciphylaxis cutis bij nierinsufficiëntie en secundaire hyperparathyreoïdie (klik op foto voor vergroting) [bron: www.huidziekten.nl] Calciphylaxis cutis bij nierinsufficiëntie en secundaire hyperparathyreoïdie](../../../afbeeldingen/calciphylaxis-3z.jpg) |
![Calciphylaxis cutis bij nierinsufficiëntie en secundaire hyperparathyreoïdie (klik op foto voor vergroting) [bron: www.huidziekten.nl] Calciphylaxis cutis bij nierinsufficiëntie en secundaire hyperparathyreoïdie](../../../afbeeldingen/calciphylaxis-4z.jpg) |
calciphylaxis cutis (PA) |
calciphylaxis cutis (PA) |
Therapie:De
therapie is moeizaam: de nefroloog kan proberen medicamenteus de
bijschildklieren te remmen, met Mimpara (cinacalcet). Het calcium en fosfaat
kan worden verlaagd met dieetaanpassingen, een laag Ca dialysaat en
fosfaatbinders. Supplementen (ijzer, calcium, vitamine D) kunnen worden
gestopt. Infusen met natriumthiosulfaat worden de laatste jaren genoemd als
mogelijke behandeling, en er zijn case reports over wekelijkse
intralesionale injectie van 1-4 ml natriumthiosulfaat in de wondranden. Bifosfonaten zijn mogelijk ook werkzaam. Effectiever,
curatief, maar ook riskant (moeilijke operatie in complex gebied) is het
operatief verwijderen van de bijschildklieren, waarbij een deel wordt
teruggeplaatst in de arm. Er zijn maar enkele gespecialiseerde chirurgen die
deze ingreep kunnen uitvoeren. Patiënten met calciphylaxis cutis belanden
soms bij de dermatoloog, maar die kan niet veel doen anders dan de diagnose
stellen. Ook de vaatchirurg kan het niet oplossen omdat het gaat om de
kleine vaten (inoperabel arterieel vaatlijden). Orale corticosteroïden zijn
als regel gecontraindiceerd, helemaal zeker is dit niet. Bij transplantatie
patiënten: laagst mogelijke dosis prednisolon geven, zoeken naar
andere immunosuppressiva. Indien acenocoumarol verdachte oorzaak is, dit
omzetten in 2 dd 5700 E fraxiparine of een vergelijkbaar product. Necrose
mag voorzichtig worden verwijderd als het al aan het demarkeren is en half
los ligt. Chirurgische ingrepen en andere trauma's (stoten, infuus) kunnen
een calciphylaxis uitlokken. Dit fenomeen waarbij een wond of ontsteking of
een chirurgische ingreep de trigger is voor het ontstaan van een ulcus dat
aan de randen steeds groter wordt komt behalve bij calciphylaxis cutis ook
voor bij pyoderma gangrenosum, bij de ziekte van Behçet, bij
hypercoagulabiliteit, bij sommige vormen van vasculitis en in ledematen met
een kritieke ischemie (verlaagde zuurstofspanning door arterieel
vaatlijden). Bij calciphylaxis ziet men regelmatig dat na een necrotomie aan
een wondrand er een nieuwe rand zwarte necrose ontstaat. Bij het instellen
van therapie is het belangrijk dat de diagnose calciphylaxis vaststaat. Met
name hypercoagulabiliteit en warfarine necrose moeten worden uitgesloten.
- Regulering van calcium, fosfaat en PTH (nefroloog).
- Bij
persisterende verhoogd PTH (sub-)totale parathyreoidectomie (chirurg).
-
Aanpakken onderliggende risicofactoren (overgewicht, hypertensie, diabetes,
hypercholesterolemie, gebrek aan lichaamsbeweging).
- Stoppen met roken.
- Hyperbare zuurstoftherapie.
- Conventionele wondverzorging (voorzichtig
debridement, NaCl gazen, Intrasite gel, hydrocolloiden e.a. wondbedekkers).
- Bestrijden van pijn (pijnteam, anesthesist).
- Bestrijden van
secundaire infectie (EUSOL-paraffine 2 dd, antibiotica).
- Fraxiparine.
Atypical calciphylaxis cutisNaast bovengenoemde
klassieke vorm van calciphylaxis is er in een aantal case-reports ook een
atypische variant beschreven, waarbij er ook arteriën dicht gaan zitten
t.g.v. calciumdeposities in de vaten, maar niet op basis van
nierinsufficiëntie en hyperparathyreoïdie. Bij een deel van deze patiënten
blijkt dit geassocieerd te zijn met het voorschrijven van acenocoumarol. In
de literatuur is dit terug te vinden onder de term acenoumarol- of
warfarin-induced calciphylaxis. Het werkingsmechanisme ervan is onbekend.
Bij patiënten waarbij huidnecrose optreedt na het starten van acenocoumarol
(of later) is de belangrijkste DD de
warfarin-induced skin necrosis.
Warfarine-induced skin necrosis (
coumarine necrose) kan in zeldzame gevallen
optreden 3-10 dagen na het starten van acenocoumarol. Men denkt dat het
ontstaat door een ongelijkmatig afnemen van de concentraties
stollingseiwitten in het bloed, waarbij proteïne C en/of S (remmers) te snel
dalen terwijl de andere stollingseiwitten nog niet voldoende verlaagd zijn.
En het treedt op bij patiënten met een
proteïne C deficiëntie of
proteïne S
deficiëntie (warfarin-induced skin necrosis in protein C or S deficiency).
Zie verder onder
atypische calciphylaxis cutis.
Referenties
1. |
Weenig RH, Sewell LD, Davis MDP, McCarthy JT,
Pittelkow MR. Calciphylaxis: natural history, risk factor analysis and
outcome. J Am Acad Dermatol 2007;56:569-579. |
2. |
Arseculeratne G, Evans
AT, Morley SM. Calciphylaxis - a topical overview. J Eur Acad Dermatol
Venereol 2006;20:493-502. |
3. |
Robinson-Bostom L, DiGiovanni JJ.
Cutaneous manifestations of end-stage renal disease. J Am Acad Dermatol
2000;43:975-986. |
4. |
Oh DH, Eulau D, Tokugawa DA, McGuire JS,
Kohler S. Five cases of calciphylaxis and a review of the
literature. J Am Acad Dermatol 1999;40:979-987. |
5. |
Podymow T, Wherrett C, Burns KD. Hyperbaric
oxygen in the treatment of calciphylaxis: a case series. Nephrol
Dial Transplant 2001;16:2176-2180. |
6. |
Baker BL, Fitzgibbons CA, Buescher LS.
Calciphylaxis responding to sodium thiosulfate therapy. Arch
Dermatol 2007;143:269-270. |
7. |
Monney P, Nguyen QV, Perroud H, Descombes E.
Rapid improvement of calciphylaxis after intravenous pamidronate
therapy in a patient with chronic renal failure. Nephrol Dial
Transplant 2004;19:2130-2132. |
8. |
Robinson MR, Augustine JJ, Korman NJ.
Cinacalcet for the treatment of calciphylaxis. Arch Dermatol
2007;143:152-154. |
9. |
Peng T, Zhuo L, Wang Y, Jun M, Li G, Wang L,
Hong D. Systematic review of sodium thiosulfate in treating
calciphylaxis in chronic kidney disease patients. Nephrology
(Carlton) 2018;23(7):669-675.
PDF |
10. |
Nigwekar SU, Thadhani R, Brandenburg VM.
Calciphylaxis. N Engl J Med 2018;378:1704-7014.
PDF |
11. |
Strazzula L, Nigwekar SU, Steele D, Tsiaras
W, Sise M, Bis S, Smith GP, Kroshinsky D. Intralesional sodium
thiosulfate for the treatment of calciphylaxis. JAMA Dermatol
2013;149(8):946-949.
PDF |
Auteur(s):dr. Jan R. Mekkes. Dermatoloog, Amsterdam UMC.