In dit stuk wordt nader ingegaan op de behandeling van
basaalcelcarcinomen met
curettage en elektrocoagulatie (C&E), naar aanleiding
van een aantal recente publicaties over dit onderwerp.
Het succespercentage
van curettage en elektrocoagulatie is sterk afhankelijk van de ervaring van
de operateur. Voor de laag-risico BCC’s ligt de effectiviteit van curettage
en elektrocoagulatie door een ervaren operateur boven de 95% na 5 jaar, dit
is vergelijkbaar met de effectiviteit van conventionele excisie. Voor hoog risico
BCC’s, dat zijn BCC’s in de H-zone, of zeer grote BCC’s, of BCC’s met een gevaarlijke
groeiwijze, is de recidiefkans na curettage en elektrocoagulatie hoger. Dit
kan oplopen tot een recidiefkans van rond de 17% na 5 jaar. Dat is ook de reden
waarom in de richtlijnen staat dat in deze situaties chirurgische excisie de
voorkeur heeft. Anderzijds is een behandeling die bij 83% van de patiënten met
een hoog-risico BCC effectief is na 5 jaar, ook niet slecht te noemen.
Er kunnen goede redenen zijn om te kiezen voor curettage en elektrocoagulatie
boven excisie. Bijvoorbeeld hoge leeftijd (kwetsbare ouderen), geringe leeftijdsverwachting
(zie tabel), comorbiditeiten, dementie, het onvermogen om goed geïnformeerd
toestemming te kunnen geven voor een bepaalde behandeling, of de eenvoud van
de behandeling. Curettage en elektrocoagulatie is een eenvoudige, goedkope en
snelle techniek. Het kan direct tijdens het consult in de spreekkamer worden
uitgevoerd, en dit kan een groot voordeel zijn in sommige situaties. De Nederlandse
richtlijn staat deze keuzevrijheid ook gewoon toe en benadrukt dat de behandeling
maatwerk moet zijn. Er is zelfs een heel hoofdstuk gewijd aan maatwerk. Het
moet dan wel duidelijk worden besproken met de patiënt en genoteerd in het medisch
dossier. Bijvoorbeeld met een zin zoals ‘in overleg met patiënt werd gekozen
voor curettage en elektrocoagulatie, omdat ... ‘.
5-jaars overleving op basis van leeftijd
(bron: CBS 2024): |
Leeftijd |
5-jaars overleving |
Kans op overlijden binnen 5 jaar |
50-54 |
99.4% |
0.6% |
55-59 |
93% |
7% |
60-64 |
87% |
13% |
65-69 |
88% |
12% |
70-74 |
90% |
10% |
75-79 |
83% |
17% |
80-84 |
61% |
39% |
85-89 |
57% |
43% |
90-94 |
40% |
60% |
95-99 |
22% |
78% |
100+ |
10% |
90% |
Verschillende techniekenEr zijn eigenlijk 3 verschillende
technieken om een basaalcelcarcinoom te behandelen met curettage en elektrocoagulatie:
-
curettage en elektrocoagulatie -
alleen curettage -
alleen elektrocoagulatie
Curettage en elektrocoagulatieBij curettage en elektrocoagulatie
wordt na lokale verdoving het basaalcelcarcinoom weggeschraapt met een curette.
Basaalcelcarcinomen hebben een zachte consistentie waardoor ze makkelijk zijn
weg te schrapen met een curette of scherpe lepel. De omgevende en onderliggende
dermis is veel steviger. Door een aantal keer te curetteren wordt het basaalcelcarcinoom
verwijderd tot aan de begrenzing tussen BCC en omgevende dermis. Uiteraard zal
dit bij een nodulair BCC goed werken maar bij een sprieterig BCC niet. De volgende
stap is coaguleren. Dit is primair bedoeld om de bloeding te stelpen, maar door
de hitte van de behandeling worden ook in een marge rond het BCC alle levende
cellen gedood. De techniek van curettage en elektrocoagulatie wordt goed beschreven
in een artikel van Mazzoni et al. uit 2021.
1. |
Mazzoni D, Muir J. A guide to curettage and
cautery in the management of skin lesions. Aust J Gen Pract 2021;50(12):893-897. |
Alleen curettageEen andere methode is alleen curettage,
zonder te coaguleren. Hierdoor is er wel wat meer bloeding na de behandeling,
maar de auteurs die deze techniek beschrijven stellen dat de genezing sneller
gaat en dat het litteken mooier wordt. De effectiviteit was goed, boven de 95%.
In een studie van Barlow uit 2006 werden 302 basaalcelcarcinomen door een ervaren
dermatoloog behandeld met alleen curettage, zonder elektrocoagulatie. Hiermee
werd een 5-year cure rate van 96% bereikt, oftewel een recidiefkans van 4%.
In een editorial in de JAAD in 2025, van de hoofdredacteur prof. D.M. Elston
wordt ook de methode van alleen curettage aanbevolen als eenvoudig, effectief,
en met een goed cosmetisch eindresultaat.
2. |
Barlow JO, Zalla MJ, Kyle A, DiCaudo DJ,
Lim KK, Yiannias JA. Treatment of basal cell carcinoma with curettage
alone. J Am Acad Dermatol 2006;54(6):1039-1045. |
3. |
Elston DM. Letter from the Editor: Treatment
of basal cell carcinoma with curettage alone. J Am Acad Dermatol
2025;92(1):37-38. |
Backman et al. publiceerden in 2022 een prospectief opgezette gerandomiseerde
studie naar de effectiviteit van alleen curettage, zonder elektrocoagulatie,
vergeleken met cryotherapie. Zij concludeerden dat met beide methoden hoge effectiviteit
(> 95%) na 1 jaar follow-up werd bereikt, en beschreven een snelle wondgenezing
na curettage, en een hoge patiënt tevredenheid.
Background
Basal cell carcinoma
(BCC) is the most common cancer in the world and has a rising incidence. Current
guidelines for low-risk BCC including superficial BCC (sBCC) recommend several
treatment options including destructive treatment methods, such as cryosurgery
with or without prior curettage or curettage and electrodesiccation. Curettage
only (i.e. without subsequent cryosurgery or electrodesiccation) is a simple
and quick destructive treatment method used for many benign skin lesions but
has not been sufficiently evaluated for the treatment of sBCCs.
Objectives
The objective was to compare the effectiveness of curettage vs. cryosurgery
for sBCCs in terms of overall clinical clearance rates after 1 year as well
as wound healing times.
Methods
A single-centre non-inferiority
clinical trial was conducted. Non-facial sBCCs with a diameter of 5-20 mm were
randomised to either cryosurgery using one freeze–thaw cycle or curettage. At
follow-up visits, treatment areas were evaluated regarding the presence of residual
tumour after 3–6 months and recurrence after 1 year. Further, wound healing
times were assessed.
Results
In total, 228 sBCCs in 97
patients were included in the analysis. At 3-6 months, no residual tumours were
seen in any of the treated areas. After 1 year, the clinical clearance rates
for curettage and cryosurgery were 95.7% and 100%, respectively (P = 0.060).
However, the non-inferiority analysis was inconclusive. Wound healing times
were shorter for curettage (4 weeks) compared to cryosurgery (5 weeks; P <
0.0001). Overall, patient satisfaction at 1 year was high.
Conclusions
Both treatment methods showed high clinical clearance rates after 1 year, whilst
curettage reduced the wound healing time.
4. |
Backman EJ, Polesie S, Berglund S, Gillstedt
M, Sjöholm A, Modin M, Paoli J. Curettage vs. cryosurgery for superficial
basal cell carcinoma: a prospective, randomised and controlled trial.
J Eur Acad Dermatol Venereol 2022;36(10):1758-1765. |
Alleen elektrocoagulatieBij deze techniek wordt
het basaalcelcarcinoom afgetekend met een marge, en daarna ruim verdoofd. Vervolgens
wordt met een klein 2 mm bolletje en met het elektrocoagulatie apparaat in de
snijstand (cutting, geel) de contour weggebrand. Daarna wordt het centrum in
banen verwijderd tot aan de gewenste diepte. Vervolgens wordt het gebied met
een katoenen gaas gedrenkt in (chloorhexidine in) alcohol stevig geboend om
de gecarboniseerde resten te verwijderen. Als de gewenste diepte nog niet bereikt
is opnieuw een laagje wegbranden met een 2 mm bolletje in de snijstand. Vervolgens
het gehele gebied nabehandelen met coagulatie. Dit stelpt bloeding, maar door
de hitte van de behandeling worden ook in een marge rond het BCC alle levende
cellen gedood. En er ontstaat wondcontractie. Deze techniek is ook geschikt
voor
voetwratten en voor
Kaposi sarcoom. Let op, coaguleren met
een 2 mm bolletje in de snijstand laat zich niet beperken door anatomische grenzen
maar gaat overal doorheen, door dermis, pezen, spieren, perichondrium, periost
en kraakbeen. Er kunnen diepe wonden ontstaan.
![Voetwratten, behandeling met elektrocoagulatie (klik op foto voor vergroting) [bron: www.huidziekten.nl] Voetwratten, behandeling met elektrocoagulatie](../../../afbeeldingen/wratten-coagulatie-2z.jpg) |
![Voetwratten, behandeling met elektrocoagulatie (klik op foto voor vergroting) [bron: www.huidziekten.nl] Voetwratten, behandeling met elektrocoagulatie](../../../afbeeldingen/wratten-coagulatie-1az.jpg) |
![Voetwratten, behandeling met elektrocoagulatie (klik op foto voor vergroting) [bron: www.huidziekten.nl] Voetwratten, behandeling met elektrocoagulatie](../../../afbeeldingen/wratten-coagulatie-1bz.jpg) |
elektrocoagulatie
voetwratten |
elektrocoagulatie
voetwratten |
elektrocoagulatie
voetwratten |
Curettage en cryotherapieFournier et al. verrichten
in 2020 een prospectieve gerandomiseerde studie naar curettage gevolgd door
cryotherapie, vergeleken met curettage gevolgd door elektrocoagulatie. Na 1
jaar follow-up was er 1 recidief in de curettage + cryo groep en geen recidief
in de curettage + coagulatie groep. Het cosmetisch resultaat van curettage +
cryo was beter, maar het verschil was niet significant.
5. |
Fournier S, Laroche A, Leblanc M, Bourgeault
E, Ulrich Singbo MN, Turcotte S, Blouin MM, Alain J. Prospective
Clinical Trial Comparing Curettage and Cryosurgery to Curettage
and Electrodesiccation in the Management of Minimally Invasive Basal
and Squamous Cell Carcinomas. J Cutan Med Surg 2020;24(6):596-600. |
Halle Brady et al. analyseerden verschillende studies met de verschillende
methoden, gepubliceerd na 2000, en vonden de resultaten van de verschillende
technieken vergelijkbaar. Zij wijzen er op dat de dermatologen (in opleiding)
zich wel moeten realiseren dat de resultaten zijn behaald met verschillende
technieken.
EDC, also referred to as
curettage and desiccation (C&E), is an effective, relatively quick and low-cost
procedure that can be performed in an ambulatory practice. Although unable to
be compared directly, similar clearance rates were documented in all included
investigations. Therefore, it is imperative for trainees and providers to be
aware of the wide range of treatment practices for EDC, and to be able to analyze
and weigh the considerations of each technique in their respective practice
settings and patient populations.
6. |
Halle Brady BR, Sharma AN, Fragoso NM, Sharma
AA. Comparing variations in electrodesiccation and curettage techniques
for the treatment of non-melanoma skin cancer. Arch Dermatol Res
2025;317(1):302. |
Wat staat er in de Nederlandse richtlijn over curettage en elektrocoagulatie?
In de NVDV richtlijn basaalcelcarcinoom 2024 wordt curettage en elektrocoagulatie
genoemd als een reguliere behandeloptie voor basaalcelcarcinoom. Dit is het
stukje tekst in de richtlijn:
Curettage en coagulatie
Bij curettage wordt de tumor
onder lokale verdoving gecuretteerd, gevolgd door coagulatie. Het belang van
coagulatie is erop gericht om het resterende tumorweefsel te vernietigen en
een goede hemostase te bewerkstelligen. De techniek is niet gestandaardiseerd.
De effectiviteit is sterk afhankelijk van de ervaring van de behandelaar. (Silverman
1991, Kopf 1977).
Cryochirurgie en curettage & electrodesiccatie zijn
geschikt voor behandeling van laag-risico BCC’s waarbij de patiënt een snelle
behandeling wenst en het cosmetisch resultaat én de effectiviteit ondergeschikt
zijn.
7. |
NVDV werkgroep basaalcelcarcinoom. NVDV Richtlijn
basaalcelcarcinoom 2024. |
Het stukje over curettage en elektrocoagulatie in de NVDV richtlijn
is erg summier en het is ook nooit geactualiseerd na 2007. De richtlijn heeft
wel een aantal modulaire updates ondergaan, maar dat betekent dat alleen sommige
hoofdstukken zijn herzien, en niet alle hoofdstukken. Het stukje over elektrocoagulatie
is niet gewijzigd. Er is ook geen nieuwe literatuursearch gedaan naar curettage
en elektrocoagulatie. De artikelen die worden geciteerd zijn oud (34 respectievelijk
48 jaar oud), terwijl er wel meerdere nieuwe artikelen zijn geschreven over
curettage en elektrocoagulatie, waaronder prospectief opgezette studies, editorials
waarin wordt gepleit voor het behoud van deze techniek om het sterk stijgende
aantal basaalcelcarcinomen in een vergrijzende populatie aan te kunnen, artikelen
over kosteneffectiviteit, en artikelen over hoe effectief de methode kan zijn
in ervaren handen.
De geringe aandacht voor curettage en elektrocoagulatie
als behandeloptie voor basaalcelcarcinoom is waarschijnlijk te wijten aan het
gegeven dat de auteurs van de richtlijn vooral chirurgisch georiënteerde dermatologen
en Mohs-chirurgen zijn, die van nature niet geïnteresseerd zijn in andere opties
dan snijden. Ook speelt er een generatie issue: de oudere dermatologen zijn
opgeleid in de techniek van curettage en elektrocoagulatie en kunnen dit ook
heel goed: zij behalen genezingspercentages die gelijk zijn aan behandeling
met conventionele excisie.
Het gebrek aan interesse is niet iets typisch
Nederlands. In 2021 stuurden Mazzoni en Muir, dermatologen uit Australië een
letter to the editor naar de British Journal of Dermatology [8], waarin zij
zich beklaagden over het feit dat curettage en elektrocoagulatie niet werd meegenomen
in een Cochrane review van Thomson et al. [9] Zij noemden dit een ernstige omissie,
temeer omdat uit zorgverzekering gegevens bleek dat in 2021 in Australië 214.163
curettage en elektrocoagulatie behandelingen werden gedeclareerd, een forse
toename vergeleken met 2011 (138.303), en er op neerkomend dat elk jaar C&E
wordt uitgevoerd bij 1 op de 120 Australiërs.
A glaring omission from this review is curettage
and cautery. In contrast to the Cochrane review, recently published guidelines
for BCC management in the USA, Australia and Europe all explore the role of
this well-established procedure. Curettage has long been a mainstay in management
of superficial and small solid BCCs. Curettage can usually be done at the same
appointment that a BCC is diagnosed. With good lesion selection and technique,
it has cure rates equal to excision. It is a cheap and quick procedure, allowing
treatment of multiple lesions with acceptable to excellent cosmetic outcomes.
8. |
Mazzoni D, Muir J. Response to ‘Interventions
for basal cell carcinoma: abridged Cochrane systematic review and
GRADE assessments’. Br J Dermatol 2022; 186:751. |
9. |
Thomson J, Hogan S, Leonardi-Bee J et al.
Interventions for basal cell carcinoma: abridged Cochrane systematic
review and GRADE assessments. Br J Dermatol 2021; 185:499-511. |
Een voordeel van curettage en elektrocoagulatie is dat het direct tijdens
het eerste consult kan worden uitgevoerd. Dit is vooral een voordeel als het
gaat om kwetsbare ouderen, want het bespaart een tweede bezoek voor de excisie
en een derde bezoek voor het verwijderen van hechtingen. Ook is het een zeer
kosteneffectieve strategie. Hattier et al. beschreven in 2022 dat in een praktijk
in Philadelphia door toepassing van curettage en elektrocoagulatie bij 61.6%
van de 151 basaalcelcarcinomen de behandeling direct kon worden uitgevoerd in
het zelfde consult (single appointment strategy). [10] Er was slechts 1 recidief
na een follow-up van 5 jaar.
10. |
Hattier GA, Duffy RF, Finkelstein MJ, Beggs
SM, Lee JB. Diagnosis and treatment of low-risk superficial basal
cell carcinoma in a single visit. J Dermatolog Treat 2022;33(1):191-194. |
Patel et al. publiceerden in 2023 een studie waarin berekend is wat
de meest kosten-effectieve methode is. [11] Voor de meeste basaalcelcarcinomen
is curettage en elektrocoagulatie de meest kosten-effectieve methode. In Nederland
zijn de kosten nog niet zo’n issue, omdat alle behandelmodaliteiten vergoed
worden door de zorgverzekeraars en de meeste Nederlanders goed verzekerd zijn.
Maar in andere landen wel. In de VS komt het voor dat patiënten worden verwezen
naar een Mohs-kliniek, omdat daar een goede indicatie voor is, maar dan afzien
van behandeling omdat ze het niet kunnen betalen.
For a primary superficial BCC <0.5 cm arising
on Area M (cheeks, forehead, scalp, neck, jawline, pretibial surface), the cost-conscious
algorithm prioritizes C&E or cryosurgery.
For a primary nodular BCC 1.1-2
cm arising on Area L (trunk and extremities, excluding pretibial surface, hands,
feet, nail units, and ankles), the cost-conscious algorithm prioritizes C&E,
cryosurgery, or 5-FU.
11. |
Patel PV, Pixley JN, Dibble HS, Feldman SR.
Recommendations for Cost-Conscious Treatment of Basal Cell Carcinoma.
Dermatol Ther (Heidelb) 2023;13(9):1959-1971. |
Wat is de effectiviteit van curettage en elektrocoagulatie?
In de Nederlandse richtlijn staat dat het succespercentage van curettage en
elektrocoagulatie, afgeleid van het percentage recidieven 5 jaar na behandeling,
lager is dan van conventionele excisie, en dat voor hoog risico basaalcelcarcinomen,
waaronder BCC’s in de H-zone, conventionele excisie en in sommige gevallen Mohs
chirurgie de voorkeur heeft boven curettage en elektrocoagulatie.
Er
zijn echter ook nieuwe studies gepubliceerd waar in staat dat de resultaten
van curettage en elektrocoagulatie, uitgevoerd door een dermatoloog met ervaring
in deze techniek, vergelijkbaar zijn met die van conventionele excisie, ongeacht
de locatie.
In een retrospectieve studie van Lubeek en Arnold, [12] van
de afdeling Dermatologie van de Radboud Universiteit Nijmegen uit 2016 wordt
curettage en elektrocoagulatie (C&E) aanbevolen als een effectieve (recidief
percentage 6%), snelle, eenvoudige en goedkope techniek. Zij behandelden ook
basaalcelcarcinomen in de H-zone en vonden niet dat dit een significante risicofactor
voor recidieven was.
Based on the results
of this study, C&E could be considered as a reasonable choice of treatment
in well-defined, clinically suspected primary nBCCs, even in tumours with a
maximum diameter > 5 mm and regardless of anatomical location. In our study,
location within the H-zone was not found to be a statistically significant risk
factor for recurrence. Compared with most other treatment options immediate
treatment with C&E after clinical diagnosis could minimize the number of
hospital visits needed, improve efficacy and lower related costs. We think making
more use of an easy, cheap and practical therapy like C&E could be a partial
solution for the increasing incidence of BCC.
12. |
Lubeek SF, Arnold WP. A retrospective study
on the effectiveness of curettage and electrodesiccation for clinically
suspected primary nodular basal cell carcinoma. Br J Dermatol 2016;175(5):1097-1098. |
In een andere studie van Lubeek et al. [13] stellen zij dat in de vele
verschillende richtlijnen over de behandeling van basaalcelcarcinomen te weinig
rekening wordt gehouden met patiëntgebonden variabelen, zoals hoge leeftijd
(kwetsbare ouderen), geringe leeftijdsverwachting, comorbiditeiten, dementie,
het onvermogen om goed geïnformeerd toestemming te kunnen geven voor een bepaalde
behandeling, etcetera.
Zij maakten een lijst van items die belangrijk
zijn voor de keuze voor een bepaalde behandeling (limited life expectancy, treatment
goals other than cure, comorbidities, tumour characteristics, cognitive impairment,
limited possibilities to visit hospital/clinic, option of follow-up by primary-care
physician, family involvement in medical decision making, functional impairment,
treatment compliance) en onderzochten of daar rekening mee werd gehouden in
13 verschillende richtlijnen over de behandeling van basaalcelcarcinomen. Belangrijke
items zoals korte levensverwachting, comorbiditeiten, dementie, onvermogen om
toestemming te kunnen geven werden in geen enkele richtlijn besproken.
13. |
Lubeek SFK, Borgonjen RJ, van Vugt LJ et
al. Improving the applicability of guidelines on nonmelanoma skin
cancer in frail older adults: a multidisciplinary expert consensus
and systematic review of current guidelines. Br J Dermatol 2016;
175:1003-1010. |
Ook in de editorial, het hoofdredactioneel commentaar in het British
Journal of Dermatology uit 2016 [14] wordt gesteld dat de richtlijnen onvoldoende
rekening houden met patiëntgebonden variabelen zoals hoge leeftijd, en wordt
een lans gebroken voor het kiezen voor eenvoudige en snelle technieken zoals
curettage en elektrocoagulatie in bijzondere situaties, bijvoorbeeld als het
gaat om kwetsbare ouderen.
Amongst the
ten prioritized items were limited life expectancy, treatment goals other than
cure, cognitive impairment and impaired capacity to give consent. A systematic
review of current guidelines was then completed to establish whether the prioritized
items were included in either the recommendations and/or the text. Thirteen
guidelines were reviewed and, whilst tumour characteristics were included in
the recommendations for ten of these, issues such as limited life expectancy,
co-morbidities, cognitive impairment and impaired capacity to consent were not
included in any of the guidelines.
Also in this issue of the BJD, a second
analysis by the same authors examines recurrence rates following the use of
two or more cycles of curettage and electrodessication using a Volkmann spoon
(C&E) in the management of nodular basal cell carcinoma (nBCC). Although
the study is limited by a small sample size and a relatively short follow-up
period (3-5 years), preliminary findings show low 5-year recurrence rates (6%),
even at sites considered to be at high risk of recurrence, such as in the H-zone.
The authors suggest that whereas most guidelines recommend the use of this
technique only for low-risk BCC, usually defined as < 5 mm in size in low
risk sites (outside the H-zone) and with no clinical suspicion of an infiltrative
growth pattern, the use of C&E might be considered in primary nBCC larger
than 5 mm, regardless of anatomic location. These findings are consistent with
an earlier, larger prospective cohort study with longer follow up that showed
that C&E has a not dissimilar 5-year recurrence rate (4.9%) to surgical
excision (3.5%) and Mohs (2.1%) surgery.
In summary, the two research
articles in this issue of the BJD remind us that current guidelines do not always
reflect the issues that are important when managing frail elderly people with
NMSC. Importantly, simple less complex interventions may be more appropriate
for patients with shortened life expectancy, even when tumour recurrence is
perhaps more likely.
14. |
Schofield JK, Linos E, Callander J. Management
of skin cancer in the frail elderly: time for a rethink? Br J Dermatol
2016;175(5):855-856. |
Barea et al. keken in een retrospectieve studie uit 2021 naar de effectiviteit
van curettage en elektrocoagulatie bij 133 patiënten met een basaalcelcarcinoom.
Daarvan zaten er 103 in het gelaat, 60 in high-risk gebied en 43 in low-risk
gebied. Er werd geen verschil gezien tussen low-risk en high-risk BCC.
Overall there was a recurrence in 15 of
133 patients (11%); For the Face low-risk group recurrence occurred in 6 of
43 (14%) patients which was a similar rate to 7 of 60 (12%) seen in the Face
high-risk group. Thus we observed a similar recurrence rate in low and high
risk facial BCC lesions suggesting that the categorisation of low and high risk
facial lesions should be reconsidered if curettage and cautery is used for treatment.
15. |
Barea A, Martinucci M, Wertheim D, Morley
IFI, Thomson D, Soldin MG. Five year basal cell carcinoma recurrence
rates treated with curettage and cautery, a single centre retrospective
cohort study. J Plast Reconstr Aesthet Surg 2021;74(8):1931-1971. |
Fonseca et al. verrichten in 2023 een prospectief opgezette gerandomiseerde
studie naar curettage en elektrocoagulatie versus conventionele excisie bij
121 patiënten met een low-risk BCC met een maximum grootte van 1 cm. Er was
na 2 jaar follow-up geen recidief in beide groepen. Cosmetisch resultaat en
patiënt tevredenheid waren vergelijkbaar. Twee jaar follow-up is kort; de auteurs
voeren daarbij aan dat als er recidief BCC’s ontstaan, dan is dat meestal na
20-24 maanden.
Curettage and electrocoagulation
versus conventional surgery for treatment of low-risk basal cell carcinoma:
A randomized study.
In conclusion, both techniques were equivalent in this
specific group of patients in terms of recurrence, scar, and satisfaction of
the patient after 2 years. Thus, C&E can be an alternative treatment that
could assist in better management of health resources.
16. |
Fonseca LPC, Haddad GR, Bastos LMH, Miola
AC, Schmitt JV. Curettage and electrocoagulation versus conventional
surgery for treatment of low-risk basal cell carcinoma: A randomized
study. Int J Dermatol 2023;62(3):e128-e129. |
Woody et al. keken in 2023 met behulp van zorgverzekeringsgegevens naar
lokale en regionale verschillen in de behandeling van basaalcelcarcinomen en
correleerden dat aan de leeftijd van de dermatologen. In de VS zijn er regionale
verschillen tussen staten, die voor een deel terug te voeren zijn op de leeftijdverdeling
van de dermatologen, en waar de dermatologen zijn opgeleid. Ervaren dermatologen
pasten curettage en elektrocoagulatie vaker toe dan onervaren dermatologen,
en behaalden met de techniek ook veel betere resultaten dan onervaren dermatologen.
In het artikel wordt de zorg uitgesproken dat de kosten van de behandeling van
basaalcelcarcinomen fors gaan toenemen als de groep oudere dermatologen geleidelijk
met pensioen gaat. Omdat het bedrag dat gedeclareerd wordt voor excisies vele
malen hoger is dan het bedrag voor curettage en elektrocoagulatie.
17. |
Woodie BR, Neltner SA, Pauley AG, Fleischer
AB Jr. Years of dermatology experience and geographic region are
associated with outlier performance of excision or destruction for
nonmelanoma skin cancer. J Dermatolog Treat 2023;34(1):2192839. |
In een studie van Chren et al. uit 2013 werd de recidiefkans na curettage
en elektrocoagulatie, of conventionele excisie, of Mohs excisie onderzocht bij
1174 patiënten met 1488 basaalcelcarcinomen. De conclusie was dat met alle behandelmodaliteiten
een effectiviteit van minstens 95% na 5 jaar werd bereikt.
For most cutaneous basal cell and squamous
cell carcinomas (nonmelanoma skin cancers (NMSCs)), data are insufficient to
permit evidence-based choices among treatments. To compare tumor recurrence
after treatments, we conducted a prospective cohort study of consecutive patients
with primary NMSCs treated with the most common treatments, in two practices
in 1999-2000. Recurrence was determined from medical records by observers blinded
to treatment type. Follow-up was available for 1,174 patients with 1,488 tumors
(93.8%) at median 7.4 years; of these tumors, 24.3% (N=361) were treated with
destruction with electrodessication/curettage, 38.3% (N=571) with excision,
and 37.4% (N=556) with histologically guided serial excision (Mohs surgery).
The overall 5-year tumor recurrence rate (95% confidence interval) was 3.3%
(2.3, 4.4). Unadjusted recurrence rates did not differ after treatments: 4.9%
(2.3, 7.4) after destruction, 3.5% (1.8, 5.2) after excision, and 2.1% (0.6,
3.5) after Mohs surgery (P=0.26), and no difference was seen after adjustment
for risk factors. In tumors treated only with excision or Mohs surgery, the
hazard of recurrence was not significantly different, even after adjustment
for propensity for treatment with Mohs surgery. These data indicate that common
treatments for NMSCs were at least 95% effective, and further studies are needed
to guide therapeutic choices for different clinical subgroups.
18. |
Chren MM, Linos E, Torres JS, Stuart SE,
Parvataneni R, Boscardin WJ. Tumor recurrence 5 years after treatment
of cutaneous basal cell carcinoma and squamous cell carcinoma. J
Invest Dermatol 2013;133(5):1188-1196. |
Oudere studiesIn een studie van Silverman uit 1991
bij een groot cohort patiënten met basaalcelcarcinomen behandeld met elektrocoagulatie
werd een overall recidief kans van 3.3% na 5 jaar gevonden. Er werden verschillen
gevonden tussen laag risico en hoog risico BCC’s. Voor laesies kleiner dan 6
mm, ongeacht de locatie, was de recidiefkans 4.5% na 5 jaar.
For the low-risk sites (neck, trunk, and four
extremities), BCCs of all diameters responded well to curettage-electrodesiccation
with an overall 5-year recurrence rate of 3.3% (SE = 1.5%) determined by the
modified life-table method. In the middle-risksites BCCs less than 10 mm in
diameter had a recurrence rate of 5.3% (SE = 2.7%). Finally, in the high-risk
sites, lesions less than 6 mm in diameter had a recurrence rate of 4.5% (SE
= 2.6%). Thus, BCCs less than 6 mm in diameter, regardless of anatomic site,
as well as selected larger BCCs depending on their anatomic site, are effectively
treated by currettage-electrodesiccation.
A review of the literature,
regarding the specific indications for curettage-electrodesiccation, reveals
that there is little support for treating BCCs in the high-risk mid-facial areas
and along embryonal fusion-lines with this modality. Yet, in our data base,
when the most recent time-span is analyzed, the BCCs treated by curettage-electrodesiccation
in these high-risk anatomic sites with diameters 5 mm or less had a 5-year recurrence
rate of only 4.5% (SE = 2.6%). In contrast, the recurrence rate of the remaining
high-risk sites BCCs (6 mm or more in diameter) was 17.6% (SE = 5.490). The
difference between these two groups was significant (P = .047) (Figure 12).
Of interest, the 5-year recurrence rate of the remaining lesions 5 mm or less
in diameter (low- and middle- risk sites) was 4.6% (SE = 2.6%). It appears that
BCCs 5 mm or less in diameter, regardless of anatomical site, can be treated
by curettage-electrodesiccation with the expectation of high cure rates. Lesions
5 mm or less in diameter represented 31.5% of the lesions treated in this time
span. Thus, almost one-third of the BCCs seen in our unit fell into this category.
19. |
Silverman MK, Kopf AW, Grin CM, Bart RS,
Levenstein MJ. Recurrence rates of treated basal cell carcinomas.
Part 2: Curettage-electrodesiccation. J Dermatol Surg Oncol 1991;17(9):720-726. |
In een studie van Werlinger uit 2002 werden 268 non-melanoma skin cancers,
vooral basaalcelcarcinomen bij 191 patiënten behandeld met curettage en elektrocoagulatie,
of met chirurgische excisie. Er was geen significant verschil in recidief kans
tussen beide technieken.
The purpose
of this study was to compare recurrence rates by treatment modality for primary
basal and squamous cell carcinomas in a private dermatological practice. Between
June 1993 and December 1994, 268 consecutive primary nonmelanomic tumors were
treated by surgical excision or electrodesiccation and curettage in our practice.
The charts of the 191 patients treated were retrospectively reviewed, and recurrence
data were compared by treatment modality. The recurrence rates between the two
types of treatment were not found to be significantly different. In contrast
to other studies reported from academic centers in which surgical excision has
been found to have lower recurrence rates than tumors treated with curettage
and electrodesiccation, this study found recurrence rates for two treatments
to be approximately the same.
20. |
Werlinger KD, Upton G, Moore AY. Recurrence
rates of primary nonmelanoma skin cancers treated by surgical excision
compared to electrodesiccation-curettage in a private dermatological
practice. Dermatol Surg 2002; 28:1138-1142. |
ConclusiesHet succespercentage van curettage
en elektrocoagulatie is sterk afhankelijk van de ervaring van de operateur.
De bovengenoemde artikelen laten zien dat in ervaren handen curettage en elektrocoagulatie
even effectief kan zijn als conventionele excisie. [16,18,20]
En de techniek
is veel eenvoudiger, goedkoper en sneller. Het kan bij hoogbejaarden direct
in de spreekkamer worden uitgevoerd. [10,11]
Voor hoog risico BCC’s,
dat zijn BCC’s in de H-zone, of zeer grote BCC’s, of BCC’s met een gevaarlijke
groeiwijze, is de recidiefkans na curettage en elektrocoagulatie hoger. Dit
kan oplopen tot een recidiefkans van rond de 17% na 5 jaar. Dat is ook de reden
waarom in de richtlijnen staat dat in deze situaties chirurgische excisie de
voorkeur heeft. Anderzijds is een behandeling die bij 83% van de patiënten met
een hoog-risico BCC effectief is na 5 jaar, ook niet slecht te noemen.
Er zijn ook studies gepubliceerd waar in staat dat er geen verschil is in
de effectiviteit van curettage en elektrocoagulatie tussen low-risk en high-risk
basaalcelcarcinoom. [12,15,19]
Voor de laag-risico BCC’s ligt de effectiviteit
van curettage en elektrocoagulatie door een ervaren operateur boven de 95% na
5 jaar, dit is vergelijkbaar met de effectiviteit van conventionele excisie.
[2,3,4,5,6,10,12,16,17,18]
Het basaalcelcarcinoom is een ongevaarlijke
huidtumor, die langzaam groeit en geen sterfte veroorzaakt. Het is legitiem
om in bepaalde situaties, als voorbeeld wordt vaak genoemd basaalcelcarcinomen
bij kwetsbare ouderen, af te zien van behandeling of te kiezen voor een behandeling
gericht op symptoomverlichting/palliatie. Dat geldt ook voor basaalcelcarcinomen
in de H-zone. De behandeling is maatwerk. Dit staat letterlijk zo geformuleerd
in de NVDV richtlijn uit 2024. [7]
Vanuit dit concept, dat de behandeling
maatwerk moet zijn, en afgestemd op de patiënt en diens leeftijd, comorbiditeiten,
mobiliteit, verstandelijke beperkingen, etc. is het ook goed verdedigbaar om
te kiezen voor de eenvoudig en snel uit te voeren optie van curettage en elektrocoagulatie.
Daarbij is het van belang om de verschillende opties met de patiënt te bespreken
en goed in de status te noteren wat de uitkomst was van dit gesprek, welke therapie
keuze werd gemaakt, en waarom.
In de NVDV richtlijn uit 2024 staat een
hoofdstuk dat gaat over hoe je samen met de patiënt, rekening houdend met alle
omstandigheden, een afgewogen keuze kunt maken over welke behandelmodaliteit
in een bepaalde situatie de beste keuze is. Dit is ook het stukje tekst waarin
wordt gesteld dat de behandeling van basaalcelcarcinomen maatwerk is:
Na het stellen van de diagnose dient een
patiënt geïnformeerd te worden over de diagnose en het natuurlijk beloop van
een BCC (Samen beslissen; zie ook de Algemene inleiding). Soms kan het
in het algemeen belang van de patiënt zijn om in overleg weloverwogen van behandeling
af te zien, behandeling uit te stellen of te kiezen voor een behandeling gericht
op symptoomverlichting/palliatie. Denk hierbij in het bijzonder aan
kwetsbare ouderen, waarbij een kleine ingreep soms een grote impact kan hebben
en de resterende levensverwachting doorgaans beperkt is.
In de module
‘Classificatie’ zijn prognostische tumorkenmerken gedefinieerd (tabel Criteria
voor laag- en hoog-risico BCC) die meewegen in de bepaling van een behandeling
van een patiënt met een BCC. Een BCC met één of meerdere hoog risico factoren
heeft een grotere kans op een lokaal recidief/ residu, en heeft derhalve een
andere aanpak nodig dan een laag-risico BCC. Niet elke individuele
factor zal leiden tot de classificatie hoog-risico BCC; het inzicht van de behandelaar
is hierbij erg belangrijk. Naast de genoemde tumorkenmerken zijn er ook patiëntfactoren
zoals de leeftijd, multimorbiditeit en de compliance van een patiënt die de
behandelkeuze beïnvloeden.
De richtlijnwerkgroep
wil benadrukken dat de behandeling van patiënten met een BCC maatwerk blijft.
Chirurgie is ten opzichte van alle alternatieve behandelingen de meest effectieve
behandeling. Het is van belang dat de patiënt geïnformeerd wordt over alle behandelmogelijkheden
passend bij diens BCC en het te verwachten natuurlijk beloop wanneer van behandeling
wordt afgezien. Voor het superficieel BCC is een keuzehulp beschikbaar via www.keuzehulpbcc.nl,
die de patiënt kan helpen in het maken van een behandelkeuze.
Samen beslissen
Het BCC (of basocellulair carcinoom of basalioom)
is de meest voorkomende vorm van huidkanker. Ongeveer 1 op de 6 Nederlanders
krijgt een BCC in zijn of haar leven. Voor patiënten is het van belang
om samen met de behandelaar een afgewogen beslissing te maken over een passend
beleid. In de aangescherpte Wet op de geneeskundige behandelovereenkomst
(WGBO) wordt expliciet het ‘samen beslissen’ benoemd. Het is de taak
van een behandelaar om de patiënt te informeren over de verschillende behandelopties,
ook wanneer daarvoor verwezen moet worden. Dat wil zeggen dat per behandeloptie
uitleg wordt gegeven over de procedure en eventuele herstelperiode, de te verwachten
duur van de behandeling; het resultaat en de mogelijke complicaties. Daarnaast
moet ook de mogelijkheid van afzien van behandeling besproken worden en het
te verwachten beloop bij een expectatief beleid.
Voorlichting
Egmond et al. (2019) interviewde 42 patiënten met basaal- of plaveiselcelcarcinoom
in verschillende focusgroepen om hun ervaringen en behoeften met betrekking
tot de verleende zorg in kaart te brengen. De auteurs concludeerden dat patiënten
het belangrijk vinden dat de arts de patiënt serieus neemt, kundig is en informatie
verstrekt die afgestemd is op de individuele situatie van de patiënt. Ook werd
het belang van een gestructureerde follow-up besproken.
Naar mening van
de werkgroep moet de gegeven voorlichting tenminste informatie bevatten over
de diagnose, (eventuele) diagnostiek, behandelmogelijkheden, prognose, zelfinspectie
van de huid na BCC, follow-up en preventie. Het is belangrijk dat deze informatie
aansluit op de individuele patiënt en diens waarden en voorkeuren.
7. |
NVDV werkgroep basaalcelcarcinoom. NVDV Richtlijn
basaalcelcarcinoom 2024. |
Referenties
1. |
Mazzoni D, Muir J. A guide to curettage and
cautery in the management of skin lesions. Aust J Gen Pract 2021;50(12):893-897. |
2. |
Barlow JO, Zalla MJ, Kyle A, DiCaudo DJ,
Lim KK, Yiannias JA. Treatment of basal cell carcinoma with curettage
alone. J Am Acad Dermatol 2006;54(6):1039-1045. |
3. |
Elston DM. Letter from the Editor: Treatment
of basal cell carcinoma with curettage alone. J Am Acad Dermatol
2025;92(1):37-38. |
4. |
Backman EJ, Polesie S, Berglund S, Gillstedt
M, Sjöholm A, Modin M, Paoli J. Curettage vs. cryosurgery for superficial
basal cell carcinoma: a prospective, randomised and controlled trial.
J Eur Acad Dermatol Venereol 2022;36(10):1758-1765. |
5. |
Fournier S, Laroche A, Leblanc M, Bourgeault
E, Ulrich Singbo MN, Turcotte S, Blouin MM, Alain J. Prospective
Clinical Trial Comparing Curettage and Cryosurgery to Curettage
and Electrodesiccation in the Management of Minimally Invasive Basal
and Squamous Cell Carcinomas. J Cutan Med Surg 2020;24(6):596-600. |
6. |
Halle Brady BR, Sharma AN, Fragoso NM, Sharma
AA. Comparing variations in electrodesiccation and curettage techniques
for the treatment of non-melanoma skin cancer. Arch Dermatol Res
2025;317(1):302. |
7. |
NVDV werkgroep basaalcelcarcinoom. NVDV Richtlijn
basaalcelcarcinoom 2024. |
8. |
Mazzoni D, Muir J. Response to ‘Interventions
for basal cell carcinoma: abridged Cochrane systematic review and
GRADE assessments’. Br J Dermatol 2022; 186:751. |
9. |
Thomson J, Hogan S, Leonardi-Bee J et al.
Interventions for basal cell carcinoma: abridged Cochrane systematic
review and GRADE assessments. Br J Dermatol 2021; 185:499-511. |
10. |
Hattier GA, Duffy RF, Finkelstein MJ, Beggs
SM, Lee JB. Diagnosis and treatment of low-risk superficial basal
cell carcinoma in a single visit. J Dermatolog Treat 2022;33(1):191-194. |
11. |
Patel PV, Pixley JN, Dibble HS, Feldman SR.
Recommendations for Cost-Conscious Treatment of Basal Cell Carcinoma.
Dermatol Ther (Heidelb) 2023;13(9):1959-1971. |
12. |
Lubeek SF, Arnold WP. A retrospective study
on the effectiveness of curettage and electrodesiccation for clinically
suspected primary nodular basal cell carcinoma. Br J Dermatol 2016;175(5):1097-1098. |
13. |
Lubeek SFK, Borgonjen RJ, van Vugt LJ et
al. Improving the applicability of guidelines on nonmelanoma skin
cancer in frail older adults: a multidisciplinary expert consensus
and systematic review of current guidelines. Br J Dermatol 2016;
175:1003-1010. |
14. |
Schofield JK, Linos E, Callander J. Management
of skin cancer in the frail elderly: time for a rethink? Br J Dermatol
2016;175(5):855-856. |
15. |
Barea A, Martinucci M, Wertheim D, Morley
IFI, Thomson D, Soldin MG. Five year basal cell carcinoma recurrence
rates treated with curettage and cautery, a single centre retrospective
cohort study. J Plast Reconstr Aesthet Surg 2021;74(8):1931-1971. |
16. |
Fonseca LPC, Haddad GR, Bastos LMH, Miola
AC, Schmitt JV. Curettage and electrocoagulation versus conventional
surgery for treatment of low-risk basal cell carcinoma: A randomized
study. Int J Dermatol 2023;62(3):e128-e129. |
17. |
Woodie BR, Neltner SA, Pauley AG, Fleischer
AB Jr. Years of dermatology experience and geographic region are
associated with outlier performance of excision or destruction for
nonmelanoma skin cancer. J Dermatolog Treat 2023;34(1):2192839. |
18. |
Chren MM, Linos E, Torres JS, Stuart SE,
Parvataneni R, Boscardin WJ. Tumor recurrence 5 years after treatment
of cutaneous basal cell carcinoma and squamous cell carcinoma. J
Invest Dermatol 2013;133(5):1188-1196. |
19. |
Silverman MK, Kopf AW, Grin CM, Bart RS,
Levenstein MJ. Recurrence rates of treated basal cell carcinomas.
Part 2: Curettage-electrodesiccation. J Dermatol Surg Oncol 1991;17(9):720-726. |
20. |
Werlinger KD, Upton G, Moore AY. Recurrence
rates of primary nonmelanoma skin cancers treated by surgical excision
compared to electrodesiccation-curettage in a private dermatological
practice. Dermatol Surg 2002; 28:1138-1142. |
Auteur(s):dr. Jan R. Mekkes. Dermatoloog, Amsterdam
UMC.