Een
epithelioid fibreus histiocytoom (
epithelioid
fibrous histiocytoma (EFH), synoniemen: cutaneous histiocytoid
hemangioendothelioma, epithelioid benign fibrous histiocytoma, cutaneous epithelioid
cell histiocytoma) is een zeldzaam benigne tumortje dat waarschijnlijk uitgaat
van dermale perivasculaire fibroblasten en dendritische histiocyten. De laesie
is voor het eerst beschreven in 1989 door Jones et al. onder de naam epithelioid
cell histiocytoma. Zij beschouwden het als een zeldzame histologische variant
van een benigne fibreus histiocytoma (oftewel een
dermatofibroom).
Uit recentere
studies met meer geavanceerde moleculaire technieken blijkt dat een epithelioid
fibreus histiocytoom toch niet biologisch verwant is aan een gewoon dermatofibroom.
In een groot deel van de tumortjes is met immunohistochemisch onderzoek expressie
van het
ALK gen gevonden (
anaplastic lymphoma
kinase, meestal subtype (fusion partner) SQSTM1 of VCL). Dit is
bijzonder en wordt niet aangetroffen in dermatofibromen.
Klinisch
beeld:Huidkleurig of roze bolrond tumortje, 0.3-2 cm groot, meestal
exofytisch groeiend, soms gesteeld. In het klassieke geval omgeven door een
epidermale collerette (kraagje, een opstaand randje van de epidermis rond de
nodus of tumor). Zit vaak (60%) op de onderste extremiteiten maar kan ook op
de bovenste extremiteiten voorkomen, op de romp, in het hoofd-hals gebied of
in de liezen. Meestal op oudere leeftijd (50+). Kan klinisch lijken op een granuloma
pyogenicum, hoewel die meestal wat roder zijn.
![Epithelioid fibrous histiocytomag (klik op foto voor vergroting) [bron: www.huidziekten.nl] Epithelioid fibrous histiocytoma](../../../afbeeldingen/epitheloid-fibreus-histiocytoom-1z.jpg) |
![Epithelioid fibrous histiocytomag (klik op foto voor vergroting) [bron: www.huidziekten.nl] Epithelioid fibrous histiocytoma](../../../afbeeldingen/epitheloid-fibreus-histiocytoom-2z.jpg) |
epithelioid
fibreus histiocytoom |
epithelioid
fibreus histiocytoom |
DD klinisch:
Dermatofibroom,
fibroma molle,
neurofibroom,
dermale naevus,
granuloma pyogenicum,
amelanotisch melanoom,
Spitz naevus,
perineurioma,
fibrous papule of the face.
DD histologisch:
Spitz
naevus,
dermatofibroom,
amelanotisch melanoom, epithelioid
sarcoma,
reticulohistiocytoma,
juveniel xanthogranuloom.
PA:Exofytische groeiende nodus uitgaande van de oppervlakkige
dermis, vaak omgeven door een epidermale collerette. Per definitie bestaat meer
dan de helft van de cellen uit ronde of hoekige epitheloidcellen met een eosinofiel
cytoplasma. De celkernen zijn rond met een vesiculeus aspect en kleine eosinofiele
nucleoli. Soms worden abnormale cellen met 2 of 3 kernen gezien, maar er is
weinig mitotische activiteit. De cellen worden omgeven door een dunvezelig collageen
met prominente vascularisatie. In oudere laesies kan hyalinisatie en sclerose
ontstaan. Ook teleangiƫctastieƫn en myxoide veranderingen zijn beschreven. De
overliggende epidermis kan hyperplasie vertonen en enige acanthosis en hyperpigmentatie
aan de randen. Meestal is er een gering lymfocytair infiltraat aanwezig, soms
met plasmacellen en mestcellen. Er zijn histologische varianten beschreven zoals
granular cell type, cellular type, chondroblastoma-like type, perineurioma-like
type, epithelioid fibrous histiocytoma with Touton-like giant cells. Immunohistochemisch
is een groot deel van de cellen ALK positief, met een granulaire aankleuring
van het cytoplasma en soms ook de celkern. Meestal, maar niet altijd, is ook
meer dan 50% van de cellen factor XIIIa positief. Niet of nauwelijks aankleuring
met CD34. Melanocytaire markers (HMB45, melan-A) zijn negatief, plaatselijk
kan S-100 positief zijn. EMA (epithelial membranous antigen), vimentine en a-antitrypsine
vaak positief, desmine en cytokeratinen negatief.
Therapie:

Excisie.
Omdat het een benigne laesie is, is excisie niet strikt noodzakelijk. Maar in
de praktijk is dat altijd al gebeurd, want de diagnose epithelioid fibreus histiocytoom
kan alleen achteraf worden gesteld op basis van het histologisch beeld, als
de laesie werd ingestuurd voor PA. Recidieven na excisie worden zeer zelden
gezien, metastasering komt niet voor.
Referenties
1. |
Jones EW, Cerio R, Smith NP. Epithelioid
cell histiocytoma: a new entity. Br J Dermatol 1989;120(2):185-195.
|
2. |
Felty CC, Linos K. Epithelioid Fibrous Histiocytoma:
A Concise Review. Am J Dermatopathol 2019;41(12):879-883.
PDF |
3. |
Mitsui Y, Adachi K, Goto K, Fukumoto T. Epithelioid
fibrous histiocytoma with touton-like giant cells. J Dermatol 2023;50(1):e20-e21.
PDF |
4. |
Dickson BC, Swanson D, Charames GS, Fletcher
CD, Hornick JL. Epithelioid fibrous histiocytoma: molecular characterization
of ALK fusion partners in 23 cases. Mod Pathol 2018;31(5):753-762.
PDF |
5. |
Moayed-Alaei L, Vargas AC, Adybeik D, Maclean
F, Moir D. Analyzing the morphological spectrum of epithelioid fibrous
histiocytoma and the immunohistochemical performance of the ALK
D5F3 and ALK1 clones. Hum Pathol 2022;120:46-56.
PDF |
Auteur(s):dr. Jan R. Mekkes. Dermatoloog, Amsterdam
UMC.