KWALLENBETEN home ICD10: X26

Tijdens de zomermaanden komen kwallenbeten vaak voor, wereldwijd, waarbij vooral de soorten die in de Tropische wateren voorkomen hevige reacties kunnen veroorzaken, soms met dodelijke afloop. Kwallen behoren, samen met zeeanemonen en koralen, tot het phylum van de Cnidaria. Kenmerkend voor deze organismen is de aanwezigheid van gespecialiseerde organellen genaamd cnidae, bij kwallen aanwezig op de tentakels, die nematocysten (netelcellen) produceren. Nematocysten zijn holle capsules waarin zich toxinebevattende tubuli bevinden. De samenstelling van de toxinen verschilt per soort en kan bestaan uit een combinatie van polypeptiden, lyserende enzymen en hemolytische, cardiotoxische en/of dermatonecrotische toxinen met mogelijk antigene eigenschappen (catecholaminen, histamine, hyaluronidase, fibrolysine, kininen, fosfolipasen). Bij contact met de huid worden de tubuli afgevuurd en penetreren ze tot in de dermis. Ten gevolge van de depositie van de tubuli en bioactieve toxinen, ontstaat er een lokale dermatologische of in sommige gevallen een (fatale) systemische reactie. Een lokale reactie ter plaatste van het contact is echter het meest voorkomend, waarbij de ernst van de verschijnselen afhankelijk is van de kwallensoort. Het klassieke beeld bestaat uit pijnlijke, lineaire urticariële of vesiculopapuleuze laesies. Ulceratieve, hemorragische of necrotische laesies zijn echter ook mogelijk. De laesies ontstaan acuut en zijn binnen een aantal minuten tot uren weer verdwenen. Het ontstaansmechanisme van deze initiële reactie is nog niet volledig opgehelderd, maar is waarschijnlijk toxisch van aard. Door mestcelactivatie is het klinisch beeld soms moeilijk te differentiëren van een type I-overgevoeligheidsreactie. Secundair aan de initiële huidlaesies zijn enkele lange termijn gevolgen mogelijk waaronder keloïd met contractuurvorming, gelokaliseerde vetatrofie, vasospasmen en hyperpigmentaties. In zeldzamere gevallen is er sprake van recidiverende huidlaesies. In tegenstelling tot de initiële huidreactie, staat bij deze laesies pruritus vaak op de voorgrond. Deze recidieven kunnen hoogstwaarschijnlijk verklaard worden door een type IV-overgevoeligheidsreactie, al dan niet in combinatie met een toxische component, veroorzaakt door achtergebleven tubuli die functioneren als een antigeendepot.

Kwallenbeet Kwallenbeet
kwallenbeet kwallenbeet

Kwallenbeet Kwallenbeet
kwallenbeet kwallenbeet

Koraal dermatitis Koraal dermatitis
koraaldermatitis koraaldermatitis


DD: koraaldermatitis, reacties op waterplanten, Swimmer's itch.

Therapie:
Uitspoelen met zeewater. Bij ernstige reacties antihistaminica, pijnstillers, soms adrenaline, prednison en transport naar een ziekenhuis. Late huidreacties behandelen met lokale corticosteroïden of Protopic / Elidel.


Referenties
1. Elshot YS, Gaastra MTW, Kemperman PMJH. Recidiverende huidlaesies na een kwallenbeet. Ned Tijdschr Dermatol Venereol 2017;27:84-86.
2. Cegolon L, Heymann WC, Lange JH, Mastrangelo G. Jellyfish stings and their management: a review. Mar Drugs 2013;11:523-550.
3. Tibballs J, Yanagihara AA, Turner HC, Winkel K. Immunological and toxinological responses to jellyfish stings. Inflamm Allergy Drug Targets 2011;10:438-446.
4. Loredana Asztalos M, Rubin AI, Elenitsas R, Groft MacFarlane C, Castelo-Soccio L. Recurrent dermatitis and dermal hypersensitivity following a jellyfish sting: a case report and review of literature. Pediatr Dermatol 2014;31:217-219.
5. Veraldi S, Carrera C. Delayed cutaneous reaction to jellyfish. Int J Dermatol 2000;39:28-29.


Auteur(s):
Yannick Elshot. Arts-assistent dermatologie, Amsterdam UMC.

31-05-2023 (YSE) - www.huidziekten.nl W3C-html-4.01-valid



Diagnosecodes:
ICD10 X26 Contact met giftige zee dieren of planten: kwallenbeet
ICD10 X26 Contact with venomous marine animals and plants: jellyfish sting
SNOMED 274920002 Jellyfish sting
DBC 27 Diagnose niet nader omschreven