Deze tekst gaat over
de behandeling van Leishmaniasis met Pentostam. De tekst is niet meer
actueel of relevant omdat het middel niet meer beschikbaar is in Nederland.
Maar wordt toch bewaard om historische redenen.
Pentostam, flacon à 100 ml oplossing 100 mg sodium
stibogluconaat per ml.
Pentostam in donker bewaren tussen 2 - 25°C.
Na
openen beperkt houdbaar (1 maand).
Dosering20 mg
sodium stibogluconaat/kg/dag gedurende minimaal 20 dagen.
Bij een lichaamsgewicht
van 75 kilo dus 1500 mg = 15 ml Pentostam oplossing.
Wijze van
toedieningIntraveneus. De op lichaamsgewicht berekende dagdosis
aanvullen met NaCl 0.9% tot 50 ml en dit volume langzaam (m.b.v. spuitenpomp)
in 60 minuten laten inlopen. Laat de oplossing via een filter (b.v. Codan infusie
filter 0.20 μm) inlopen om eventuele neerslagen en partikeltjes weg te vangen.
Na inlopen een volume van minimaal 100 ml 0.9% NaCl er achter aan laten inlopen
(naspoelen van het systeem, openhouden van het vat). Infuusnaald afsluiten met
dopje en laten zitten tot de volgende dag.
Bij hoesten, overgeven, of pijn
op de borst de behandeling onmiddellijk staken.
Bijwerkingen
De belangrijkste bijwerkingen zijn hoofdpijn, buikpijn, hoesten, malaise, huiduitslag,
gelaatsoedeem, arthralgie, myalgie en hemolytische anemie. Daarnaast kunnen
aritmieën optreden, aangekondigd door ECG-afwijkingen. Ook de nieren, lever
en pancreas kunnen reversibele schade oplopen. Door regelmatige controle van
ECG en bloedonderzoek voor en tijdens de behandeling wordt schade beperkt. Pentostam
stapelt in het lichaam, na circa 7 dagen wordt de maximale concentratie bereikt.
ControlesECG: voor aanvang van de behandeling en
vervolgens 1 keer per week. Frequentere controle bij oudere personen en bij
patiënten met pre-existente hartafwijkingen of lever- of nierfunctiestoornissen.
In geval van omkeren van de T-toppen, concaaf worden van het ST-segment of verlenging
van QTc interval > 0.50 sec. (indicatief voor dreigende aritmieën) wordt
de behandeling gestopt.
Pols en bloeddruk: Voor, tijdens (na 30 en 60
minuten) en na (na 30 en 60 minuten) de gift worden bloeddruk en pols gecontroleerd.
Bij afwijkingen wordt de infusie onderbroken en wordt een ECG gemaakt.
Bloedonderzoek: Hematologie (Hb, leuko's, leukodiff, ery's, trombo's), nierfunctie
(kreatinine), leverfunctie (ALAT, ASAT, AF, γ-GT) voor aanvang van de behandeling
en vervolgens 1 keer per week, aangevuld met amylase en lipase (pancreas). Frequentere
controle bij patiënten met pre-existente lever- of nierfunctiestoornissen. Indien
de leverenzymen 5x de bovengrens van normaal bereiken, wordt de behandeling
gestopt. Na verbetering kan opnieuw met de behandeling gestart worden.
Datum: |
. . . . . . . . . . |
|
|
ECG verricht en beoordeeld |
|
|
|
|
Bloedonderzoek verricht en beoordeeld |
Gewicht pat: |
. . . . . . . kg |
|
|
Infuus benodigdheden en shockbox onder handbereik |
Dosering |
. . . . . . . mg |
|
|
(20 mg/kg/dag; 1 ml = 100 mg) |
|
|
|
|
|
|
tijd: |
bloeddruk: |
pols: |
|
voor aanvang |
 |
 |
 |
Noteer controles. Start inlopen infuus (50 ml/uur) |
na ½ uur |
|
|
|
Noteer controles |
na 1 uur |
|
|
|
Noteer controles. Infuus ingelopen, naspoelen met 100 ml NaCl 0.9% |
na 1½ uur |
|
|
|
Noteer controles |
na 2 uur |
|
|
|
Noteer controles |
Paraaf verpleegkundige: |
|
Indien
(1 uur na het inlopen) de controles goed zijn kan de patiënt naar huis.
Infuusnaald afdoppen en laten zitten. |
Auteur(s):dr. Jan R. Mekkes. Dermatoloog, Amsterdam
UMC.