Lichen planus pemphigoides is een zeldzame (1 per
1 miljoen) autoimmuun-blaarziekte waarbij er twee beelden door elkaar aanwezig
zijn (overlap syndroom):
lichen planus (lichenoide
dermatitis) en bullae. Er zijn antistoffen aanwezig tegen type XVII collageen
(COL17). Dit 180 kDa eiwit is aanwezig in de hemidesmosomen van de dermal-epidermal
junction; dit is het zelfde eiwit als bij
bulleus pemphigoïd. Lichen planus en
bulleus pemphigoïd zijn geen zeldzame diagnosen, dus de kans is aanwezig dat
het een toevallige associatie van twee dermatosen is. Maar men gaat er toch
van uit dat het een entiteit is. De blaren zijn stevig en zitten meestal op
de extremiteiten. Vaak is er eerst lichen planus en ontstaan pas later blaren.
De gemiddelde leeftijd waarop het begint ligt rond 46 jaar, dat is jonger dan
bij bulleus pemphigoid. Er is mogelijk een relatie met geneesmiddelen, vooral
angiotensin-converting enzyme (ACE) remmers, simvastatine en pembrolizumab.
Ook hepatitis B infectie wordt genoemd als mogelijke trigger.
DD: bulleuze lichen planus,
bulleus pemphigoïd. Bij bulleuze lichen
planus ontwikkelen de bullae zich op pre-existente lichen planus laesies; bij
lichen planus pemphigoides ontstaan de blaren op andere plekken. Bij bulleus
pemphigoïd ontwikkelen de blaren zich meestal op een erythemateuze ondergrond,
en de patiënten zijn meestal op hoge leeftijd.
PA:
Subepidermale blaar met veel eosinofielen, in combinatie met een supepidermaal
bandvormig lymfohistiocytair infiltraat dat het grensvlak aantast, met vacuolaire
veranderingen, apoptotische kertinocyten (Civatte bodies). Bepalend voor de
diagnose is een positieve immunofluorescentie, met IgG deposities langs de basale
membraan.
Therapie:R/ systemische corticosteroïden.
R/ lokale corticosteroïden.
R/ dapson.
R/ acitretine.
R/ ciclosporine.
R/ mycophenolate mofetil.
R/ methotrexaat.
Referenties
1. |
Kaposi M. Lichen ruber pemphigoides. Arch
Derm Syph 1882;24:345-346. |
2. |
Tamada Y, Yokochi K, Nitta Y, Ikeya T, Hara
K, Owaribe K. Lichen planus pemphigoides: identification of 180
kd hemidesmosome antigen. J Am Acad Dermatol 1995;32:883-887. |
3. |
Zaraa I, Mahfoudh A, Sellami MK, Chelly I,
El Euch D, Zitouna M, et al. Lichen planus pemphigoides: four new
cases and a review of the literature. Int J Dermatol 2013;52:406-412. |
4. |
Onprasert W, Chanprapaph K. Lichen planus
pemphigoides induced by enalapril: a case report and a review of
literature. Case Rep Dermatol 2017;9:217-224. |
5. |
Ben Salem C, Chenguel L, Ghariani N, Denguezli
M, Hmouda H, Bouraoui K. Captopril-induced lichen planus pemphigoides.
Pharmacoepidemiol Drug Saf 2008;17:722-724. |
6. |
Schmidgen MI, Butsch F, Schadmand-Fischer
S, Steinbrink K, Grabbe S, Weidenthaler-Barth B, et al. Pembrolizumab-induced
lichen planus pemphigoides in a patient with metastatic melanoma.
J Dtsch Dermatol Ges J Ger Soc Dermatol 2017; 15:742-745. |
7. |
Jang SH, Yun SJ, Lee SC, Lee JB. Lichen planus
pemphigoides associated with chronic hepatitis B virus infection.
Clin Exp Dermatol 2015;40:868-871. |
Auteur(s):dr. Jan R. Mekkes. Dermatoloog, Amsterdam
UMC.