PRURIGO SUBACUTA (IDIOPATHIC PAPULAR DERMATITIS) home ICD10: L28.2

Bij prurigo subacuta (prurigo simplex, idiopathic papular dermatitis, itchy red bumps disease) ontstaan hevig jeukende 1-5 mm grote papels met centraal induratie of vesikelvorming, vooral op de strekzijde van de bovenarmen, de bovenbenen, de rug, en de borst. De lesies worden snel opengekrabd en laten atrofische gehyperpigmenteerde littekens achter. Deze variant van prurigo papels wordt vaak gezien op oudere leeftijd, boven de 60. Het komt vaak voor, de diagnose wordt te weinig gesteld. Het heeft een chronisch beloop, duurt maanden tot enkele jaren lang (2-3 jaar). Ondanks de naam prurigo subacuta kunnen de prurigo papels acuut ontstaan, vaak meerdere tegelijk, hevig jeukend. Bij kinderen kunnen ook acute prurigo papels ontstaan, dit wordt ook wel strophulus of prurigo infantum genoemd. Zie ook onder prurigo.

Prurigo subacuta Prurigo acuta, acute jeukbulten
prurigo subacuta acute prurigo papels

Prurigo acuta, acute jeukbulten Prurigo acuta, acute jeukbulten
acute prurigo papels acute prurigo papels


Histologie:
Mild oppervlakkig en diep perivasculair lymfocytair infiltraat met bijmenging van enkele of meerdere eosinofielen, soms vorming van een spongiotische vesikel. Dit histologisch beeld wordt ook wel een dermal hypersensitivity reaction pattern (DHR) genoemd, en de Nederlandse pathologen vertalen dit als overgevoeligheidsreactie. De clinici denken dan aan een geneesmiddelenallergie, maar dat is niet de juiste interpretatie. Dit histologisch beeld kan worden gezien bij meerdere huidziekten waaronder geneesmiddelenreacties, eczeem, insektensteken, scabies, etcetera.

Oorzaken:
Er wordt vaak geen oorzaak gevonden voor prurigo subacuta, daarom circuleert ook de naam idiopathic papular dermatitis. Enkele andere papuleuze dermatosen moeten worden uitgesloten, zoals scabies, Grover, PLEVA, prurigo van Besnier in het kader van atopisch eczeem, lymfomatoïde papulose, dermatitis herpetiformis en non-bulleus pemphigoid. Zie ook onder urticariële dermatitis.

Onderliggende oorzaken van prurigo subacuta:
insektenbeten
voedingsallergie
histamine release door diverse oorzaken (voeding, geneesmiddelen)
atopie
paraneoplastisch
Hogdkin, lymfoom, leukemie
jicht
polycythemia vera
papuleuze contactallergie
geneesmiddelenreactie


Therapie:
R/ antihistaminica.
R/ lokale corticosteroïden.
R/ systemische corticosteroïden kortdurend of in lage dosis.
R/ lichttherapie (UVB, PUVA, UVA1).
R/ methotrexaat.
R/ mycophenolate Mofetil.
R/ azathioprine.
R/ ciclosporine.

Referenties
1. Ollech A, Hodak E, David M, Trattner A, Didkovsky E, Pavlovsky L. Idiopathic Papular Dermatitis in the Spectrum of Chronic Papular Eruptions (Subacute Prurigo): Reappraisal and Diagnostic Algorithm. Dermatology 2019;235(3):205-212.
2. Chang SN, Kim SC, Chun YS, et al. Chronic pruritic papular dermatitis in adult men: a variant of prurigo. The Journal of Dermatology 1999;26(7):442-447.
3. Alvarez E, Hendi A, Elgart GW, Kerdel FA. Papular dermatitis: response to cyclosporin. Journal of Dermatological Treatment 2000;11:253-257.


Auteur(s):
dr. Jan R. Mekkes. Dermatoloog, Amsterdam UMC.

31-05-2023 (JRM) - www.huidziekten.nl W3C-html-4.01-valid



Diagnosecodes:
ICD10 L28.2 Overige vormen van prurigo: prurigo subacuta
ICD10 L28.2 Other prurigo: subacute prurigo
SNOMED 238586002 Subacute prurigo
DBC 19 Pruritus/Prurigo