Tubereuze sclerose (tubereuze sclerosis complex, adenoma
sebaceum disseminata, ziekte van Bourneville-Pringle, ziekte van Bourneville)
is een erfelijke aandoening getypeerd door typische huidaandoeningen (met name
angiofibromen in het gelaat) en afwijkingen van de hersenen, de nieren en andere
organen. De naam komt van benigne verkalkte tumoren die in de hersenschors kunnen
ontstaan. In Nederland zijn er ongeveer 2000 patiënten. De genmutaties zijn
bekend, TSC1 op chromosoom 9 en TSC2 op chromosoom 16 (
OMIM
191100). Deze genen
coderen voor de eiwitten hamartin en tuberin, eiwitten die celgroei en differentiatie
reguleren. De ziekte is autosomaal dominant maar komt vaak voor als spontane
mutatie, zonder dat het in de familie zit. De expressie is variabel, sommigen
hebben alleen enkele angiofibromen (adenoma sebaceum) in het gelaat, anderen
hebben het volledige symptomencomplex. Het complete syndroom van Bourneville-Pringle
omvat allerlei CZS-afwijkingen t.g.v. gliale proliferaties: epilepsie, oligofrenie,
spastische paralyse, intracraniële calcificaties, retina tumoren, opticusatrofie,
papiloedeem, en tumoren in inwendige organen.
Huidafwijkingen bij tubereuze sclerose: |
1. |
Adenoma sebaceum
in het gelaat (multipele
faciale angiofibromen, syndroom van Pringle). Huidkleurige tot
rode papels in een vlindervormig gebied op de wangen en op de neus.
De laesies berusten op een toename van vaten en bindweefsel (angiofibromen)
en zijn vooral cosmetisch storend. Ze kunnen worden verwijderd of
geëgaliseerd met dermabrasie of laserbehandeling. |
2. |
Periunguale fibromen
(Koenen's tumoren). Dit zijn kleine fibreuze tumoren die rond de
nagels ontstaan, meestal pas op latere leeftijd. |
3. |
Ash leaf macula, bladvormige gehypopigmenteerde macula (leukoderma,
naevi achromici, hypomelanotic macules, ashleaf spots). Witte of
lichter gekleurde macula die overal op het lichaam kunnen voorkomen.
Bij een licht huidtype zijn ze op te sporen met de Wood's lamp.
De gehypopigmenteerde macula zijn vaak bladvormig, de vorm van een
blad van de es (Fraxinus, ash tree). |
4. |
Lumbosacrale bindweefsel naevi (naevus
collagenicus lumbosacralis, shagreen placques, shagreen patches,
peau de chagrin, chagrin-aspect). Gebieden, vaak op de rug, de nek
of in de flank waar de huid er uitziet als hobbelig leer (chagrin-aspect,
sinaasappelhuid). |
5. |
Café au lait vlekken
over het hele lichaam. |
6. |
Fibreuze plaques op het voorhoofd (forehead plaques), verheven
huidkleurige of lichtrode plaques. |
7. |
Nodulaire fibromen op gingiva. |
8. |
Multipele papillomateuze en fibromateuze lesies (fibroma molle,
skin tags). |
9. |
Poliosis, een
plukje witte haren op het voorhoofd, of in de wenkbrauw. |
|
|
|
multipele
angiofibromen |
multipele
angiofibromen |
multipele
angiofibromen |
|
|
|
multipele
angiofibromen |
Koenen'se
tumoren |
Koenen'se
tumoren |
|
|
|
Koenen'se
tumoren |
Ash leaf
macula |
Ash leaf
macula |
|
|
|
Ash leaf
macula |
Ash leaf
(es, Fraxinus) |
shagreen
patches |
|
|
|
Café au
lait macula |
fibreuze
plaques voorhoofd |
fibromatose
van de gingiva |
Diagnostiek:Diagnostiek en behandeling bij voorkeur
door een multidisciplinair team met ervaring met tubereuze sclerose. In Nederland
is de meeste expertise rond dit ziektebeeld aanwezig in het Erasmus Medisch
Centrum in Rotterdam, en in het UMC Utrecht.
- consult (kinder-) neuroloog:
CT-scan (of MRI) hersenen. Bij epilepsie, convulsies, mentale retardatie, gedragsstoornissen.
- consult oogarts: oogheelkundig onderzoek, oogspiegelen (o.a. astrocytair hamartoom
van de retina).
- echo van de nieren (angiomyolipomen (AML), cysten en (zeldzaam)
niercelcarcinoom). Of CT of MRI abdomen, vraagstelling: renale angiomyolipomen
of cysten?
- echo van de lever (leverhamartomen, geven meestal geen klachten).
Of CT of MRI abdomen, vraagstelling angiomyolipomen in de lever?
- consult
longarts bij dyspnoe (vooral bij volwassen vrouwen): CT-scan of MRI eens in
de 3 jaar herhalen, vraagstelling: lymphangioleiomyomatosis, LAM?.
- ECG
en consult (kinder-) cardioloog, zonodig echocardiogram (rhabdomyomen). Zonodig
CT of MRI, vraagstelling: cardiale rhabdomyomen?
Zowel CT-scans als MRI
(en voor renale cysten echo) zijn te gebruiken om de afwijkingen op te sporen.
De MRI begint de CT scan te verdringen omdat bij de CT scan vaak contrastvloeistof
wordt gebruikt. Hierbij hoort tegenwoordig een onpraktisch protocol waarbij
patiënten eerst moeten worden gehydrateerd met 1 liter NaCl 0.9%, inlopend in
4-6 uur voor en na het contrastonderzoek. Hiervoor moet dan eerst een (dag-)opname
worden geregeld. Nier angiomyolipomen komen vaak voor, bij circa 80% van de
patiënten met het tubereuze sclerose complex. Meestal blijven ze klein (<
4 cm) en geven weinig klachten, maar er kunnen problemen optreden als ze heel
groot worden (verdringing van nierweefsel) of als ze gaan bloeden (bloed in
de urine, pijn in de lendenen). Het wordt aanbevolen om er op te screenen (dit
kan door een echo van de nieren te maken) zodat patiënt en huisarts in ieder
geval weten of er angiolipomen zijn, en als ze aanwezig zijn eens in de 3 jaar
een echo te herhalen om te kijken of ze groeien. Nier angiomyolipomen zijn ook
terug te dringen met sirolimus en everolimus systemisch.
Nuttige
informatie:
Richtlijn tubereuze sclerose 2015
Tubereuze sclerose, huisartsen brochure
Folder over nier angiomyolipomen van de nierstichting
Adressen van poli's die zijn gespecialiseerd in het tubereuze sclerose complex
Referenties
1. |
Baskin HJ. The pathogenesis and imaging of
the tuberous sclerosis complex. Pediatr Radiol 2008;38:936-952.
PDF |
Auteur(s):dr. Jan R. Mekkes. Dermatoloog, Amsterdam
UMC.