ZONVERBRANDING (dermatitis solaris, gewone zonnebrand, photodermatosis eczematosa) home ICD10: L55.9

Zonnebrand (zonverbranding) uit zich als erytheem, roodheid, pijn, later schilfering, vervelling en jeuk. Soms vesiculae, bullae. Eerste symptomen beginnen meestal 6-12 uur na blootstelling, hoogtepunt na 24-72 uur. Bij felle zon en licht huidtype kan al na 2 uur de eerste schade zichtbaar zijn.

Zonverbranding kan worden ingedeeld in graden.
- Bij graad 1 ontstaat binnen 6-24 uur een licht erytheem dat zonder afschilfering verdwijnt in 1-3 dagen.
- Bij graad 2 ontstaat binnen 2-12 uur een vurig warm en pijnlijk erytheem dat na 3 dagen verdwijnt, met lichte schilfering en een voorbijgaande pigmentatie achterlaat.
- Bij graad 3 ontstaat binnen 2-12 uur een vurig warm en zeer pijnlijk erytheem, met oedeem en cyanotische gebieden, na 4 dagen volgt een totale afschilfering van de huid. Late gevolgen zijn milia, blijvende hyperpigmentatie, huidoneffenheden.
- Bij graad 4 ontstaan naast de onder 3 genoemde verschijnselen vesikels en bullae, uitgebreide desquamatie, en vlekkige restpigmentaties. Koorts en algemene malaise kunnen voorkomen.


Zonnebrand, sunburn, dermatitis solaris Zonnebrand, sunburn, dermatitis solaris
zonnebrand, zonverbranding zonnebrand, zonverbranding

Zonnebrand, sunburn, dermatitis solaris Zonnebrand, sunburn, dermatitis solaris
zonnebrand, zonverbranding zonnebrand, zonverbranding


Therapie: de nadruk ligt uiteraard op preventie. Zonnebrandcrèmes gebruiken, niet te lang in de zon blijven, beschermende kleding en/of hoeden dragen.
Hevige reacties zijn te verminderen door locale corticosteroïdcrèmes, kortdurend (1 of 2 dd gedurende de eerste 2-3 dagen), klasse III-IV, en door pijnstillers (diclofenac, ibuprofen, indometacine, paracetamol). Met name bij pijn aan de ogen (cornea schade door UVB straling) zijn pijnstillers effectief en ook hard nodig. Eventueel natte compressen of verkoelende after-sun lotions.

R/ Dermovate crème of Betnelan crème 1-2 dd gedurende 2-3 dagen.
R/ diclofenac tab 25 - 50 mg 2-3 dd 50 mg, max 150 mg per dag.
R/ diclofenac retard tab 75 -100 mg 1-2 dd 75 mg of 1 dd 100 mg.
R/ ibuprofen tab 200 - 400 - 600 mg 4-6 dd 200-400 mg, max 1600 mg per dag.
R/ indometacine tab 50 mg 3-4 dd 50 mg.
R/ paracetamol 500 mg 4-8 dd 500 mg.
R/ verkoelende after-sun lotions (drogisterij artikelen, niet vergoed). Er bestaan verschillende verkoelende en hydraterende lotions die gebruikt kunnen worden na zonverbranding.

Kleding
Textiel (T-shirts, blouses) houdt een groot deel van het UV tegen maar niet alles. Er is een groot verschil in lichtdoorlaatbaarheid tussen de verschillende stoffen. Er bestaat speciale werkkleding van zonwerend textiel. Petten en (nog beter) hoeden met een brede rand zijn geschikt om de hoofdhuid te beschermen, vooral bij kort haar of een kalend hoofd is dit belangrijk.

Zonnebrillen
Draag zonnebrillen met een goed UV-filter om beschadiging van de ogen te voorkomen.

Niet te lang in de zon blijven
Mijdt de zon, vooral tijdens uren met de grootste zonkracht (in Noord Europa tussen 12.00 en 15.00 uur). Het maximaal verblijf in de zon is afhankelijk van de zonkracht, het huidtype, omstandigheden zoals weerkaatsing door water of zand, en de beschermende maatregelen (zonnebrandcrèmes, kleding).

Zonnebrandcrème
Gebruik een zonnebrandcrème afgestemd op het huidtype en de omstandigheden. De mate waarin een sunscreen bescherming biedt staat vermeld op de tube als SPF (Sun Protection Factor). De protectionfactor of beschermingsfactor geeft aan hoeveel langer iemand in de zon kan blijven. Bijvoorbeeld: iemand die zonder zonnebrand na een half uur verbrand, kan met een factor 10 300 minuten (5 uur) in de zon blijven.

Kiezen van de juiste zonnebrand crème
In de tabel met de verschillende huidtypen (zie onder) staan globale adviezen gegeven voor SPF sterktes bij verblijf van een paar uur in de zon. Wie absoluut niet wil verbranden en zelfs niet bruin wil worden moet een hoge factor gebruiken (> 30). Als het doel is om op een veilige manier bruin te worden, dan moet de factor lager worden gekozen, tijdens een 'zonvakantie' kan iemand met huidtype 2 bijvoorbeeld de eerste dag factor 20 gebruiken en daaropvolgende dagen afbouwen via SPF 12 naar SPF 8. Na blootstelling aan zonlicht wordt de huid gepigmenteerd (vooral een UVA effect) en wordt de epidermis en met name het stratum corneum dikker (vooral een UVB effect). Hierdoor ontstaat op den duur een natuurlijke bescherming tegen zonlicht die kan oplopen tot een factor 20.
Kinderen moeten altijd een hoge factor gebruiken, ze mogen absoluut niet verbranden omdat er dan extra risico bestaat op de ontwikkeling van huidkanker op latere leeftijd.

De tijd die men kan doorbrengen in de zon is natuurlijk ook sterk afhankelijk van de zonkracht. De zonkracht is een maat voor de hoeveelheid ultraviolette straling (UV) in het zonlicht die de aarde bereikt. De zonkracht (UV-index) kan in Nederland variëren van 0 tot 10, in landen dichter bij de evenaar en in de bergen kan de zonkracht een waarde van 15 of hoger halen. Bij een lage zonkracht (0-4) verbrandt de huid minder snel dan bij een hoge zonkracht (7-10 en hoger). De zonkracht neemt toe naarmate de zon hoger staat en varieert met de seizoenen en het moment van de dag. De zonkracht hangt ook af van de hoeveelheid bewolking. Warmte heeft geen invloed: op een koele zonnige dag kan de zonkracht even sterk of sterker zijn dan op een warme dag. Wel is de hoeveelheid UV afhankelijk van wolken, vocht of stof in de atmosfeer en van de hoeveelheid ozon.

Om een zonkracht om te rekenen in het aantal minuten in de zon voordat een ongewende huid gaat verbranden kan de volgende tabel gebruikt worden:

Huidtype Maximale tijd in de zon
Huidtype 1 67 minuten / zonkracht
Huidtype 2 100 minuten / zonkracht
Huidtype 3 200 minuten / zonkracht
Huidtype 4 300 minuten / zonkracht

Rekenvoorbeeld: Bij zonkracht 4 en huidtype 2 begint de huid te verbranden na 25 minuten in de zon (100 minuten / 4 = 25 minuten). Met een factor 6 zonnebrandcrème, kan dezelfde persoon 2.5 uur in de zon blijven zonder te verbranden. Voorwaarde is dat de crème overal wordt aangebracht, in een voldoende dikke laag (bij product testen wordt 2 mg/cm² aangebracht), en dat na zwemmen opnieuw wordt ingesmeerd. Sommige crèmes claimen 'waterproof' te zijn, maar het is toch verstandiger om regelmatig bij te smeren.
De zonkracht wordt op sommige weer websites dagelijks aangegeven. De getallen gelden bij onbewolkte hemel, en bij gebroken bewolking. Bij een gesloten wolkendek is de zonkracht ongeveer de helft. De zonkracht getallen gelden op zeeniveau. Als er geen sneeuw ligt neemt de zonkracht met ongeveer 5% per kilometer hoogte toe. Als er sneeuw ligt in de bergen kan de zonkracht tot twee maal zo sterk zijn dan aangegeven. Op een besneeuwde ondergrond reflecteert ook licht van onderen op het gezicht en verbranden kin en neus eerder. In de kou is de huid ook gevoeliger voor de zon dan als het warm is.

Effecten van zonlicht
Het licht van de zon is onder te verdelen in infrarood (warmtestraling, onzichtbaar) zichtbaar licht (het kleurenspectrum van paars naar rood) en ultraviolette straling (onzichtbaar). UV-straling wordt onderverdeeld in UV-A, UV-B en UV-C. Normaal gesproken houdt de dampkring om de aarde, met name de ozonlaag het grootste deel van de UV-straling tegen. UV-straling kan de huid ernstig beschadigen. UV-C is de krachtigste vorm van UV-straling, maar bereikt het aardoppervlak niet. UV-B wordt grotendeels door de dampkring tegengehouden, maar bij een wolkenloze hemel dringt er toch nog vrij veel door tot aan het aardoppervlak. UV-B is de belangrijkste veroorzaker van zonnebrand en huidkanker. UV-A dringt makkelijk door tot het aardoppervlak en is de minst schadelijke van de drie UV-soorten. Toch kan ook UV-A in hogere dosis leiden tot zonnebrand en huidkanker. UVA dringt ook dieper door in de huid.

Zonlichtspectrum Zonlichtabsorptie


Lange termijn negatieve effecten van UV-straling
UV-straling, met name UVB kan DNA-schade veroorzaken en remt tegelijkertijd de immune surveillance en DNA repair mechanismen waardoor atypische cellen niet meer in een vroeg stadium worden opgeruimd. Hierdoor kunnen verschillende premaligne en maligne aandoeningen ontstaan zoals actinische keratosen, basaalcelcarcinoom, plaveiselcelcarcinoom en melanoom. Elastine vezels raken beschadigd door UV-straling, met name door UVA. Hierdoor verliest de huid zijn elasticiteit en wordt slap en rimpelig (photoageing). UV-straling veroorzaakt ook vlekkerige pigmentafwijkingen van de huid.
Verder bestaat er een groot aantal huidziekten die onder invloed van zonlicht kunnen verergeren of ontstaan (zie onder photodermatosen).

Positieve effecten van UV-straling.
Het hebben van een bruine tint wordt geassocieerd met gezondheid en een goed leven. Het levert complimenten op van de omgeving (wat zie jij er goed uit), waardoor mensen zich prettig gaan voelen. Blootstelling aan daglicht kan mogelijk ook depressies verminderen. In ieder geval is het belangrijk voor de instelling van de biologische klok. UVB is essentieel voor de aanmaak van Vitamine D in het menselijk lichaam. Licht heeft ook een positief effect op sommige huidziekten zoals eczeem en psoriasis, omdat het ontstekingsremmend werkt. Langerhans cellen verlaten onder invloed van UVB de epidermis.


Huidtype Beschermingsfactor Voorbeelden
Huidtype 1

Verbrandt snel en
wordt (bijna) niet bruin.

Lichte huid, vaak sproeten,
haar rossig of lichtblond haar,
lichte kleur ogen.
Gebruik minimaal beschermingsfactor 18-20
om ongeveer drie uur in de zon door te brengen.

Veiliger is het om factor 30 te gebruiken.
huidtype huidtype huidtype
Huidtype 2

Verbrandt snel,
wordt langzaam bruin.

Lichte huid, blond haar,
lichte ogen.
Gebruik minimaal beschermingsfactor 10-12
om ongeveer drie uur in de zon door te brengen.

Veiliger is het om factor 15-20 te gebruiken.
huidtype huidtype huidtype
Huidtype 3

Verbrandt zelden,
wordt gemakkelijk bruin.

Licht getinte huid,
donker tot bruin haar,
vrij donkere ogen.
Gebruik minimaal beschermingsfactor 5-7
om ongeveer drie uur in de zon door te brengen.

Veiliger is het om factor 10-15 te gebruiken.
huidtype huidtype huidtype
Huidtype 4

Verbrandt bijna nooit,
bruint zeer goed.

Getinte huid, donker haar,
donkere ogen.
Mediterrane type.
Gebruik minimaal beschermingsfactor 4-5
om ongeveer drie uur in de zon door te brengen.

Veiliger is het om factor 5-10 te gebruiken.
huidtype huidtype huidtype
Huidtype 5
Aziatisch, zeer goed
bestand tegen zon.
Hoeft geen anti-zonnebrandmiddelen te gebruiken.
Of bijna geen. Geldt niet voor alle Aziaten.
huidtype huidtype huidtype
Huidtype 6

Zwarte huid, zeer goed
bestand tegen zon.
Hoeft geen anti-zonnebrandmiddelen te gebruiken. huidtype huidtype huidtype
Kinderen tot 16 jaar Kinderen moeten zo min mogelijk in de zon komen.

Als ze in de zon gaan moeten ze een
beschermingsfactor 20 tot 30 gebruiken.
huidtype huidtype huidtype

Foto's: Flickr - Pixabay - Pexels - Wikimedia (Creative Commons License 1.0 / 2.0 / 3.0 / 4.0)


patientenfolder


Auteur(s):
dr. Jan R. Mekkes. Dermatoloog, Amsterdam UMC.

31-05-2023 (JRM) - www.huidziekten.nl W3C-html-4.01-valid



Diagnosecodes:
ICD10 L55.0 Eerstegraads zonnebrand
ICD10 L55.0 Sunburn of first degree
SNOMED 200833005 Sunburn of first degree
DBC 27 spacer Diagnose niet nader omschreven

ICD10 L50.1 Tweedegraads zonnebrand
ICD10 L50.1 Sunburn of second degree
SNOMED 200834004 Sunburn of second degree
DBC 27 spacer Diagnose niet nader omschreven

ICD10 L50.2 Derdegraads zonnebrand
ICD10 L50.2 Sunburn of third degree
SNOMED 200835003 Sunburn of third degree
DBC 27 spacer Diagnose niet nader omschreven

ICD10 L50.9 Zonnebrand, niet gespecificeerd
ICD10 L50.9 Sunburn, unspecified
SNOMED 23346002 Sunburn
DBC 27 spacer Diagnose niet nader omschreven